Mei nieuwsbrief

Beste leensters, leners en andere belangstellenden,

*Zomer 2022 – De zomer van Jeanne
Jeanne is kunstenares Jeanne Bieruma Oosting (1898 – 1994), Friezin van geboorte. Haar keuze voor de kunst als vrouw uit een rijke patriciërsfamilie was controversieel in een tijd dat de rol van de vrouw binnen huwelijk en gezin voorop stond. Ze woonde en werkte afwisselend in Friesland, Gelderland, Parijs en Amsterdam. Vanuit Almen, waar ze op latere leeftijd afgewisseld met Amsterdam woonde, bezocht ze geregeld het dichtbij gelegen Zutphen met het Museum Henriette Polak. Bij de oprichting van dit museum in de jaren zeventig was ze nauw betrokken en haar werk is ruim vertegenwoordigd in de collectie.

Werken was voor Jeanne Oosting een vanzelfsprekende levensbehoefte. ‘Heel mijn leven en mijn denken draait om schilderijen. Het is mijn adem’, zei ze. Zij was altijd bezig, leefde volgens haar eigen regels en verspilde geen kostbare tijd. De uitspraak ‘Geen tijd verliezen’ was haar op het lijf geschreven. Zo was zij een van die vooruitstrevende vrouwen, die begin 20e eeuw streden voor een vrij en zelfstandig leven.
In haar Parijse periode kreeg ze vleugels en nam haar carrière een vlucht. Vooral met haar grafische werk maakte ze internationaal naam. Zij zette hiermee de toon voor een nieuwe visie op de grafische kunst als autonome kunstvorm, op gelijke voet met de schilderkunst. Haar bijdrage – haar experimentele aanpak, technisch perfectionisme, gedurfde visie en onderwerpskeuze – was hierbij van onschatbare waarde voor de Nederlandse kunstgeschiedenis.  Regelmatig was de (kunst)wereld nog niet klaar voor haar werk. De onderwerpen waren te gewaagd of aanstootgevend -en dat voor een vrouw- waardoor haar werk nogal eens werd geweigerd bij tentoonstellingen.

De Zomer van Jeanne wordt georganiseerd door Museum Henriette Polak samen met vier andere culturele instellingen. Museum Henriette Polak in Zutphen presenteert een grote overzichtstentoonstelling. Deze laat een uitgelezen selectie zien uit haar veelzijdige oeuvre, aangevuld met foto’s en niet eerder getoonde egodocumenten. Het meeste werk wat bij Museum Staal (ook in Zutphen) te zien is, is afkomstig uit privécollecties, Museum Belvédère in Heerenveen toont haar tijd in Friesland en Parijs, Museum Maassluis toont haar reizen, naast diverse werken over dieren, interieurs en landschappen, en Stichting Nobilis in Fochteloo haar grafisch werk en dat van haar vrienden. Met een gezamenlijke (gratis) folder als ‘reisgids’ kan je in haar voetsporen door het land reizen.

De serie tentoonstellingen is tot stand gekomen op initiatief van sociologe en schrijfster Jolande Withuis, en is gebaseerd op de door haar geschreven biografie Geen tijd verliezen. Jeanne Bieruma Oosting 1989-1994, uitgekomen in november vorig jaar. Dankzij haar onderzoek kan het werk van Jeanne Oosting voor het eerst worden belicht vanuit een biografische context én in vrouwen-historisch perspectief.
Meer info: https://www.dezomervanjeanne.nl/ en https://www.dezomervanjeanne.nl/agenda/

*Op de dag dat Truus van Lier haar 101e verjaardag zou vieren werd het standbeeld van de Utrechtse verzetsvrouw onthuld in het Zocherpark, in het verlengde van de Walsteeg, de plek waar de 22-jarige rechtenstudente in 1943 de hoofdcommissaris van de politie in Utrecht en tevens NSB’er Gerard Kerlen doodschoot. Na deze verzetsdaad wist Truus te ontkomen, maar ze werd een paar weken later toch opgepakt. Ze is verraden en werd nog in hetzelfde jaar gefusilleerd in concentratiekamp Sachsenhausen. Nu is er dus een standbeeld, een blijvend eerbetoon aan Truus en gelijk ook bedoeld voor alle vrouwen die zich in tijden van oorlog hebben ingezet voor de vrijheid. De rol van vrouwen in het verzet is lang onderbelicht gebleven.

Ongeveer tegelijkertijd zijn er dit voorjaar twee boeken over deze jonge Utrechtse verzetsvrouw verschenen:
– Truus van Lier. Het leven van een verzetsvrouw. Jessica van Geel stuitte op Truus van Lier tijdens haar onderzoek voor haar boek I love you Rietveld over Truus Schröder, de geliefde van architect Gerrit Rietveld. Truus Schröder schreef in brieven over Truus van Lier, haar buurmeisje, die ze aanduidde als ‘het meisje met de vergeet-me-niet-ogen’. Jessica van Geel wil met haar boek over Truus van Lier de onderbelichte rol van vrouwen in het verzet herstellen, schrijft ze in het voorwoord, en schreef een uitgebreid biografisch portret.
– van Kees van Domselaar en Michiel van Diggelen is een aangevulde en herziene editie. De oorspronkelijke uitgave verscheen in 2019 ter gelegenheid van het jubileum van het Christelijk Lyceum Zeist, de school waar Truus van Lier op zat en waar beide auteurs doceerden. Die besteden in het bondige feitenrelaas dan ook relatief veel aandacht aan Truus’ middelbare schooltijd.
Ook Truus’ nicht Trui zat in het verzet. Die bestierde aan het begin van de Prins Hendriklaan een crèche, die uitgroeide tot onderduikadres Kindjeshaven, waar in totaal 150 Joodse kinderen, vaak afkomstig uit de Hollandse Schouwburg in Amsterdam, veilig werden ondergebracht.
Meer info: https://truusvanlier.nl/category/trui-van-lier/ en https://www.vprogids.nl/boeken/artikelen/2022/Boek-van-Jessica-van-Geel-over-verzetsstrijdster-Truus-van-Lier-het-meisje-met-de-vergeet-me-niet-ogen.html?fbclid=IwAR0tEEuE4rHF66atE6wI2KY49QGNagzkC1azIm3C223YxSCpCNoTW_jqAS4

Onlangs uitgebrachte andere titels
– De nieuwe roman Julia, van de in Rome woonachtige Rosita Steenbeek gaat over het enige kind van keizer Augustus. Julia zegt wat ze denkt, houdt van provoceren, maakt verre reizen en bezoekt een literaire kring van geestverwanten die moeten aanzien hoe de Republiek een keizerlijk regime wordt. In deze kring worden subversieve teksten geschreven en snode plannen gesmeed. Een van hen is haar grote liefde Iullus Antonius. Rosita Steenbeek wisselt het lopende verhaal over het leven van Julia af met stukken waarin ze als ik-verteller in het heden de plekken bezoekt en beschrijft waar Julia gewoond, gelopen, gefeest, gebaard en gereisd heeft. Er ontstaat een beeld van een temperamentvolle vrouw die haar eigen keuzes maakt, gedwarsboomd door haar vader die haar dwingt tot huwelijken die passen in zijn politieke strategie.
– Emily Reekers schreef met Wij zijn vrij een roman over het psychologisch ’spel’ rondom intimiteit in een samengesteld gezin, een actueel onderwerp. Een gezin met vader en dochter, en (stief)moeder en (stief)dochter: ze zijn anders dan andere gezinnen. Dit voelen ze wanneer ze tegen de wind in door de rivierduinen rennen. Wanneer ze als een magische eenheid in de woonkamer dansen tot ze zweten. Of wanneer ze in de badkamer elkaars lichamen insmeren met diepzeeklei. De gezinsleden zijn alle vier op een eigen manier beschadigd en op zoek naar erkenning, aandacht en liefde. Beetje bij beetje worden grenzen verlegd, maar waar eindigt onschuld en begint schuld? En wie is er schuldig?
– De autobiografische roman Tekenen van het universum van Emy Koopman heeft als ondertitel Verslag van een obsessie. Het is inderdaad het verslag van een obsessie, maar gaat tegelijkertijd veel verder dan dat. Tijdens de opnames voor een televisieserie wordt hoofdpersoon Emy verliefd op een andere man dan degene met wie ze een relatie heeft. Het loopt uit op een ingewikkelde en onmogelijke liefde. Emy vertelt eerlijk, intiem en persoonlijk over hoe zij zichzelf verloor in haar romantisch relatie, over hoe grenzen overschreden werden en over hoe ze die liet overschrijden, over vrouw zijn in een wereld die ons leert om geen grenzen te stellen, maar om te behagen en lief te zijn. De manier waarop ze verslag roept in de kritieken veel enthousiasme op.
– In Zee van rust van de Canadese Emily St. John Mandel steekt Edwin St. Andrew in 1912 de Atlantische Oceaan over. Als hij in de woeste wildernis van British Columbia het bos in stapt, is het heel even volslagen duister en zingen er vioolklanken onnatuurlijk door de lucht. Twee eeuwen later reist de beroemde schrijfster Olive Llewellyn de aarde over, ver van haar huis in de tweede maankolonie, zonder vermoeden van een oprukkende pandemie. In Olives bestsellerroman komt een vreemde scène voor: een man staat in een galmende ruimte viool te spelen terwijl om hem heen de bomen van een bos oprijzen. Weer tweehonderd jaar later wordt detective Gaspery Roberts gevraagd om terug te reizen in de tijd om deze vreemde doublure te onderzoeken. ”..een ongrijpbare mix van beklemming en luchtigheid” (Trouw).
– Mijn zusje en de zee van Donatella di Pietrantonio is een verfijnd en beeldend portret van de ambivalente band tussen twee zussen. Een plotseling telefoontje dwingt een vrouw om gehaast te vertrekken uit haar woonplaats Grenoble. Met de trein reist ze langs verschillende kleine stations, die voorbijflitsen, tot haar raampje gevuld wordt met de Adriatische Zee. Ze is terug in haar geboorteland Italië. Ze zal haar jongere zus na jaren weer zien, haar zus die zo anders is dan zij. Vroeger waren ze onafscheidelijk, later raakten ze eraan gewend elkaar uit het oog te verliezen. Terug in Pescara wordt ze overspoeld door de herinneringen aan hun chaotische relatie.
– In Hoe je van je dochter moet houden staat een vrouw in een donkere straat, duizenden kilometers verwijderd van haar huis in Israël. Ze kijkt stiekem naar binnen door de verlichte ramen van een woning in Groningen. De twee meisjes die ze in de woonkamer ziet zijn de dochters van haar enige dochter, de kleinkinderen die ze nog nooit heeft ontmoet. Dan gaat ze weer terug naar Israël, zonder te hebben aangebeld. Deze roman van Hila Blum draait om een gezin: moeder, dochter en vader. Een gezin waarin fouten gemaakt worden en misverstanden ontstaan, uit naam van de liefde, die uiteindelijk zullen leiden tot een groot psychologisch drama. De van oorsprong Israëlische schrijfster fileert de liefde van een moeder voor haar dochter en laat de grenzen zien van het vermogen om het lot van je kinderen te bepalen.
– ”Claire Louise Bennett schrijft als niemand anders. Ze is een zeldzaam talent en Kassa 19 is een magistrale roman”, zou Karl Ove Knausgård gezegd of geschreven hebben. Kassa 19 gaat over een schoolmeisje dat in een arbeidersstadje ten westen van Londen verhalen achter in haar oefenschrift krabbelt. Alles en iedereen wordt tot inspiratie voor haar verbeelding. De grote Russische man met de kleine bruine auto die rondloopt in de supermarkt waar ze als kassière werkt en die haar een exemplaar toestopt van Jenseits von Gut und Böse. De toenemende stapels met andere boeken waarin ze zichzelf verliest en vindt. De opwinding waarmee ze personages en scenario’s in haar hoofd oproept, wordt geëvenaard door de vreugde waarmee ze haar eigen weg door de wereld creëert.
– Borsten en eitjes van de Japanse schrijfster Mieko Kawakami volgt hoofdpersoon Natsu en de vrouwen in haar leven terwijl zij uitvinden hoe ze vorm willen geven aan een leven als schrijver, zus, moeder, vriendin: als vrouw – met of zonder kind. Alleenstaande Natsu worstelt met het schrijven van haar langverwachte tweede roman en koestert de wens om moeder te worden. In Japan is spermadonatie en ivf voor alleenstaanden verboden, dus gaat ze alternatieve methoden om zwanger te raken te onderzoeken. Natsu’s zus overweegt haar borsten te laten vergroten en haar  tienerdochter worstelt met zichzelf en haar lichaam als jonge vrouw. De verschillende kanten van vrouwelijkheid, het vrouwelijk lichaam en (de weg naar) moederschap komen voorbij, met humor.
– Dansen op vluchtige noten van An van Paemel speelt zich zo’n 100 jaar geleden af, maar de beschrijving doet een ook voor onze tijd relevante roman vermoeden: Dansen op vluchtige noten exploreert, behalve het mijnenveld van culturele integratie, ook de dunne grens tussen geestelijk ziek en gezond. Is die wel relevant als de hele wereld op een gekkenhuis lijkt?”
Gidia, de oudste dochter uit een arm Nederlands gezin, moet tegen haar zin als krankzinnigenverpleegster werken om de studies van haar broers te bekostigen. Ze zoekt tevergeefs een uitweg uit haar saaie, conventionele leven. Dan breekt de Eerste Wereldoorlog uit en honderdduizenden Belgen vluchten naar het neutrale Nederland. Gidia krijgt een nieuwe collega, Jean, een Belgische vluchteling die prachtig cello speelt. Hij verzwijgt echter de reden waarom hij krankzinnigenverpleger is geworden, en verder piekert hij er niet over een gezin te stichten. Hij heeft andere ambities. Hij probeert zich onbevangen te integreren in Nederland maar trapt daarbij meerdere mensen op de tenen. Dan rijst de vraag: blijft hij in Nederland of wordt hij toch soldaat?
– Aarde eten is het veelgeprezen debuut van de Argentijnse Dolores Reyes. In een stad in Argentinië ontdekt een meisje dat wanneer ze aarde eet, ze visioenen krijgt van vermoorde en vermiste mensen die op die aarde hebben gelopen. Ze wil die visioenen voor zichzelf houden, maar wanneer het gerucht over haar helderziendheid zich verspreidt, vragen steeds meer wanhopige mensen haar hulp. Zij willen weten wat er met hun verdwenen dierbaren is gebeurd. Als ze wat ouder is beseft ze dat haar gave een verantwoordelijkheid jegens anderen met zich meebrengt, vooral omdat zij in een sloppenwijk buurt woont, waar geweld en onrecht aan de orde van de dag zijn, en de belangrijkste slachtoffers vrouwen zijn. Wanneer zij in een visioen de aanstaande moord op haar broer ziet, probeert ze uit alle macht die te voorkomen. Maar hoe?
– Het snoephuis van Jennifer Egan: zie bij activiteiten

Poëzie
– De jonge Somalisch-Britse dichteres Warsan Shire schreef al jaren gedichten en teksten, o.a. voor Beyoncé en publiceerde poëzie-pamfletten. Haar gedicht Thuis werd wereldwijd gedeeld als oproep tot een humaner beleid. Nu is haar debuutbundel verschenen, Zegen de dochter, die Radna Fabius in het Nederlands vertaalde. Warsan Shire dicht over haar eigen ervaringen als migrante, over je huis kwijtraken en je nergens thuisvoelen, over oorlog, seks en vrouw-zijn. Haar bundel gaat over een meisje dat opgevoed wordt door de stemmen in haar hoofd bij gebrek aan iemand die voor haar zorgt. Puttend uit haar eigen leven en dat van haar dierbaren, popcultuur en krantenkoppen brengt ze in schitterende gedichten de levens van vluchtelingen en migranten, moeders en dochters, zwarte vrouwen en tienermeisjes tot leven.
– Radna Fabius vertaalde ook de gedichten van Louise Glück. Toen de Amerikaanse dichteres in 2020 de Nobelprijs voor de Literatuur won, was er nog geen bundel van haar in het Nederlands vertaald. Vorig jaar verscheen de vertaling haar bundel Averno,  en nu is er Winterrecepten van het collectief, haar eerste bundel na de Nobelprijs. Louise Glück componeert haar gedichten alsof het korte verhalen zijn, vertellingen in poëzie. Ze handelen elk op hun eigen manier over verlies en vergankelijkheid. Ze zijn intiem en beschouwend, maar niet sentimenteel.
– Kraanvogels staan voor waakzaamheid. In de Chinese traditie dragen ze op hun rug de zielen van de doden. Bij Plinius plaatsen kraanvogels schildwachten als ze tijdens de trek uitrusten. Op een poot staand, met een steen in de andere, weten ze zeker waakzaam te zullen blijven. Kraanvogels is ook de titel van de 6e dichtbundel van Jane Leusink, waarin ze verder gaat met waar ze in haar vorige bundel Een grazende streep in de lucht een begin mee heeft gemaakt. Ze verbindt in een achttal lange, soms epische, soms lyrische gedichten persoonlijke geschiedenissen met universele vragen omtrent groei, dood en rouw. Ze onderzoekt de kunst van het sterven op Bali in de puputan van 1906, ze speculeert over de voor pogrom en oorlog vluchtende Russisch-Pools-Joodse voorouders en onderneemt een zoektocht naar een gestorven dochter die ze ergens onderweg was kwijtgeraakt.

Verhalen
Charlotte Perkins Gilman was een prominent Amerikaans feministe, sociologe en schreef literatuur, korte verhalen en non-fictie. Ze is beroemd geworden met haar klassieke, huiveringwekkende verhaal Het gele behang dat is gebaseerd op haar eigen worsteling met een postnatale depressie. Een jonge moeder raakt in de ban van het gele behangpatroon op haar kamer, waarin ze een verplichte rustkuur ondergaat, en verliest langzaam haar verstand. De publicatie veroorzaakte in 1892 veroorzaakte grote opschudding in de literaire én medische wereld. Het onlangs opnieuw uitgebrachte Het gele behang en andere verhalen bevat ook twaalf korte verhalen waarin Charlotte Perkins humoristisch en scherpzinnig wijze de traditionele plaats van de vrouw in de maatschappij onderzoekt. Leidraad in al haar verhalen is de gelijkwaardigheid tussen man en vrouw.

 

Non-fictie
– Loes Faber is kunstenares, illustrator en docente aan de kunstacademie. Zelf studeerde ze af op het vrouwelijk zelfportret in de beeldende kunst. In haar debuut, de graphic novel Ik ben mijn muze, brengt ze een visuele ode aan acht vrouwelijke kunstenaars, die in eerste instantie werden overgeslagen in de canon van de kunstgeschiedenis. Vrouwen die hun eigen koers voeren, die hun leven gaven voor hun kunstenaarschap en vochten voor wat ze belangrijk vonden, niet bang om zich aan de norm te ontworstelen en zo vrij mogelijk te leven. Toen Loes Faber zich begon te verdiepen in de geschiedenis van het vrouwelijk zelfportret, viel haar op dat de hele emancipatie van de vrouw zich aftekende op de portretten die vrouwelijke kunstenaars van zichzelf maakte. “En dit zijn nog maar acht verhalen – er liggen er nog zoveel voor het oprapen, ik ben nog lang niet klaar”, schrijft ze. Meer info: https://ikbenmijnmuze.loesfaber.com/
– Schrijfster Mariët Meester groeide op in het Drentse gevangenisdorp Veenhuizen. In het autobiografische Koloniekind vertelt ze over haar ongewone jeugd. Als dochter van ‘meester Meester’ groeide Mariët op in de afgelegen justitiekolonie, toen het Drentse dorp nog verboden was voor buitenstaanders. Ze ging in een gevangenisbus naar de kleuterschool, de tuin van het huis waar ze woonde werd door gevangenen onderhouden en op zondag zat ze samen met gevangenen – haar rolmodellen – in de kerk.  Aan de hand van haar persoonlijke verhaal beschrijft ze van binnenuit hoe de inwoners van Veenhuizen samenleefden met de criminelen die ze moesten bewaken. Het was een kleine op zichzelf staande gemeenschap en bijna onvoorstelbaar anders dan in onze gevangenissen nu.
– Biografie van de baarmoeder van gynaecologe Marlies Bongers en schrijfster Corien van Zweden draagt de veelzeggende ondertitel Het ingenieuze orgaan dat vaak niet begrepen wordt. Baarmoeders kunnen baren, maar er is zo veel meer. Er wordt verteld over de baarmoeder in alle fases van het leven. Van voor de eerste menstruatie, de ongeveer 40 jaar maandelijkse ongesteldheidscycli met als enige pauze een enkele zwangerschap, het afbouwen ervan dat vaak met het nodige ongemak gepaard gaat en dan in ruststand. Ze vertellen ook over zieke en gezonde baarmoeders, getransplanteerde baarmoeders en kunstbaarmoeders en de symbolische en emotionele waarde ervan. Corien van Zweden schreef eerder Borsten. De levensloop van een intiem lichaamsdeel over borsten in hun verschillende rollen van verleidster, voedster en vernietiger.
– In de jaren ’40 was 1/3 van alle leden van de NSB vrouw. Toch is er nauwelijks onderzoek gedaan naar hun beweegredenen en hun verhaal. In Foute vrouwen tekent Paul van de Water opmerkelijke levensverhalen op van Nederlandse en Vlaamse vrouwen die collaboreerden of op andere manieren de bezetter hielpen tijdens de Tweede Wereldoorlog. Soms hadden ze eenvoudige kantoorbanen bij vaak verschrikkelijke organisaties, soms ging het om actieve Jodenjaagsters. Opvallende geschiedenissen die beschreven worden zijn die van de Amsterdamse Ans van Dijk, de Vlaamse Irma Laplasse en jeugdboekenschrijfster Tonny Vos-Dahmen von Buchholz.
– ”Het ziet ernaar uit dat Hans Goedkoops langverwachte biografie van schrijfster en journaliste Renate Rubinstein in stukjes en brokjes tot ons zal komen”, schreef Trouw vorige week. In 2015 verscheen van zijn hand Iedereen was er, een kort verslag van Renate’s 50e verjaardag, en afgelopen maand Vaderskind over haar jeugd en oorlogsjaren. Vaderskind vertelt de geschiedenis van een immigrantenmeisje met een joodse vader. Heel slim en erg gevoelig. Angstig zonder dat ze weet waarvoor. Haar wordt niet veel verteld over de wereld, kinderjaren horen onbezorgd te zijn, maar gaandeweg dwingt ze zichzelf te leren kijken. Ook naar wat geen mens wil zien. Als eerste columnist van Nederland, en nooit overtroffen, schreef Renate Rubinstein over alles wat de tijd haar aandroeg, van het zelfbedrog der ideologieën tot de zang van de wielewaal. Niemand zat het heden ooit zo op  de huid. In de verwoestende tijd van haar jeugd legde ze het fundament van haar schrijverschap.
– In De vrouw die Friesland redde beschrijft Sunny Jansen de levensgeschiedenis van een onbekende prinses van Oranje en een van de opmerkelijkste vrouwen uit de Nederlandse 17e eeuw, Albertine Agnes (1634-1696). Na de dood van haar man werd ze de eerste vrouw die in de Republiek optrad als regentes van Friesland, Groningen en Drenthe. Een vrouw die politiek ingrijpt was ongekend, maar ze wist op spectaculaire wijze met inzet van de waterlinie het Noorden te behoeden voor een inval van de oorlogszuchtige bisschop van Münster. De Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden werd van alle kanten aangevallen, en ook Friesland dreigde onbestuurbaar te worden. Ze wist haar positie te verstevigen. Niet alleen bestuurde Albertine Agnes het Noorden, zij stond de militaire bevelhebbers terzijde, ondernam verschillende bouwprojecten en trad op als mecenas van kunstenaars.


Activiteiten in Utrecht en daarbuiten:
– Op 20 mei verwelkomt ILFU (Utrecht) Jennifer Egan, Amerikaans schrijfster van romans en korte verhalen. Ze zal geïnterviewd worden over haar nieuwste roman Het snoephuis. Daarin verschijnen personages uit haar eerdere succesvolle roman Bezoek van de knokploeg opnieuw op het toneel. Bix Bouton is ondernemer en experimenteert met het menselijk geheugen. Hij brengt Baas over je Onbewuste op de markt, een technologische programma waarmee je toegang krijgt tot al je herinneringen, en deze herinneringen met iedereen kunt delen. Maar niet iedereen is enthousiast. Het heeft namelijk verregaande gevolgen voor de levens van de verschillende personages, wier paden zich meermaals kruisen.
Meer info: https://www.tivolivredenburg.nl/agenda/ilfu-book-talk-met-jennifer-egan-20-05-2022/
– Deze maand organiseert Atria boekenclub weer 2 bijeenkomsten:
Op 2 mei wordt een titel van de hedendaagse schrijfster en journaliste Tessel ten Zweege besprokenDat zou jij nooit toelaten. Hierin vertelt zij haar verhaal over hoe zij in 2018 ontsnapte aan haar gewelddadige vriend. Na zich lang geschaamd te hebben voor haar ervaring met partnergeweld, is haar doel nu om intiem geweld bespreekbaar te maken. Daarnaast biedt ze ook informatie die anderen nodig hebben om partnergeweld te voorkomen, herkennen en doorbreken.
Meer info: https://atria.nl/agenda/atria-boekenclub-over-dat-zou-jij-nooit-toelaten-van-tessel-ten-zweege/
Op 16 mei wordt Mannen die deugen van historicus en hoogleraar Ivan Jablonka besproken. Het beschrijft de rol die mannen spelen bij het in stand houden van patriarchale systemen en de rol die zij kunnen spelen in het creëren van nieuwe vormen van mannelijkheid. Jablonka doet een pleidooi om je als man in te zetten voor een samenleving waarbij mensen niet worden onderdrukt en een mannelijkheid met lef om je voor een rechtvaardige wereld in te zetten.
Meer info: https://atria.nl/agenda/atria-boekenclub-over-mannen-die-deugen-van-ivan-jablonka/

Bibliotheeknieuws:
– In mei zal de bibliotheek open zijn op de aangegeven tijden. Iedereen die wil komen rondkijken en/of boeken lenen en terugbrengen is van harte welkom.
– Dit jaar viert Utrecht haar 900 jaar stadsrechten en er staan tal van evenementen en initiatieven op de planning. Gianna, die ons helpt met de catalogus, heeft voorgesteld om de Vrouwenbibliotheek te betrekken bij de plannen van haar (queer) amateur-theatergroep Oester. Het zou een mooie samenwerking kunnen zijn en gelijk meer bekendheid genereren voor onze bieb, de collectie en recensies, en haar roze aandeel daarin. In de juni nieuwsbrief uitgebreider hierover.
Het ziet er naar uit dat wij als vrouwenbibliotheek een bijdrage mogen leveren aan het programmaboekje en aan een banner met informatie over wat we te bieden hebben, die op een tentoonstelling te zien zal zijn. In samenhang daarmee willen we zorgen voor nieuwe relevante artikelen (met speciale rose aandacht) op onze website over onze collectie, onze recensies, de geschiedenis van de bieb, Utrechtse schrijfsters etc.
We hopen op wat extra hulp bij onze plannen en zoeken o.a. mensen die in de recensies en/of collectie/catalogus van de vrouwenbibliotheek willen ’duiken’ om te kijken wat relevant en/of interessant is, en er iets over willen schrijven voor op de website. Dat kan ook over meer specifieke onderwerpen, zoals bijv. Utrechtse schrijfsters.
We zijn erg blij met extra ’handen’, dus als het je iets lijkt om mee te gaan doen, hoor ik dat graag van je.

Nieuwe boeken in de bibliotheek
Hier huizen draken, poëzie van Marie Claus, De tsarina en de filosoof van Martine Sahler, Stoeien met de muzen. Jeanne Bieruma Oosting van Susan van den Berg en Jolande Withuis

Nieuwe recensies van deze maand als link bijgevoegd:
https://vrouwenbibliotheek.nl/2022/04/04/een-liefde-van-sara-mesa/
https://vrouwenbibliotheek.nl/2022/04/14/sarnami-hai-suriname-ik-ben-door-bea-vianen/
https://vrouwenbibliotheek.nl/2022/04/22/het-vrouwenpaleis-door-laetitia-colombani/

De leenbijdrage voor 2022 is opnieuw vastgesteld op € 26,-. Je kunt hiervoor onbeperkt boeken lenen en/of vriendin/vriend van de bibliotheek zijn.
Iedereen die boeken leent en/of wil gaan lenen wordt vriendelijk verzocht dit bedrag over te maken.
We hebben een nieuw banknummer NL18 RABO 0366 0430 05 ten name van Stichting Es Scent ovv naam en ‘leenbijdrage 2022’. Meer overmaken om de vrouwenbibliotheek extra te ondersteunen mag natuurlijk altijd. Eenmalig een boek lenen kan ook. De bijdrage hiervoor is € 1,- per boek, met een startbedrag van € 5,- per kalenderjaar.

Op www.vrouwenbibliotheek.nl is meer informatie over de bibliotheek te vinden en veel recensies, de nieuwsbrief is ook te lezen via onze website.

Marjolein Datema                                                            Utrecht,  1 mei 2022

 




Mei nieuwsbrief

Beste leensters en andere belangstellenden,

Dit jaar wordt 75 jaar na het einde van de Tweede Wereldoorlog de bevrijding gevierd, met voorafgaand op 4 mei dodenherdenking. Een wonderlijke samenloop als je bedenkt dat we nu collectief min of meer in huis en evt tuin opgesloten zitten en we ’in oorlog’ zijn met een virus. Traditiegetrouw verschijnen er rond deze tijd meer boeken met de Tweede wereldoorlog als thema, waarvan sommige in herdruk, zoals De muren vielen om van Henriëtte Roosenburg, al genoemd in de vorige nieuwsbrief.

Begin deze maand verscheen in De Volkskrant een artikel over de sloopkogel die boven het statige huis, waar Etty Hillesum haar indrukwekkende oorlogsdagboeken schreef, hangt. De Joodse Twintiger wilde kroniekschrijver van haar tijd zijn. Beschreven wordt dat Etty Hillesum in staat was vrijheid in haar handelen en gedachten te creëren in een tijd van systematische vervolging en uitroeiing van zes miljoen Joden door nazi-Duitsland. De juriste en slaviste weigerde zich te verliezen in angst en vijanddenken. Het vijandige in jezelf bestrijden leek haar zinvoller. Ze wilde zich ook niet onttrekken aan het lot dat haar volk had getroffen en weigerde, ondanks aanbiedingen, onder te duiken. Haar dagboeken uit de periode 1941-1943 zijn in 1982 uitgegeven als Het verstoorde leven, haar brieven en andere dagboekaantekeningen volgden in Het denkend hart van de barak en In duizend zoete armen (kunnen allemaal geleend worden). Onvermijdelijk wordt ze na haar werk in kamp Westerbork daar geïnterneerd en in november 1943 wordt ze in Auschwitz vermoord.
Judith Koelemeijer is al enige tijd bezig met het schrijven van een biografie over Etty Hillesum. Verwacht werd dat die in rond 75 jaar bevrijding zou worden uitgegeven, dus dat zal waarschijnlijk niet lang meer duren.

Nieuw verschenen:
– In De tekenares van Montparnasse beschrijft journaliste Pauline BroekemaHet eigenzinnige kunstenaarsleven van Edith Auerbach’. De Joodse kunstenares vestigt zich in 1926 in de door mannen gedomineerde kunstenaarswereld van Parijs. Gedreven schildert en tekent ze het leven langs de boulevards en in parken en ze is vaste bezoeker van de befaamde kunstenaarscafés in Montparnasse, waar ze haar schetsboeken vult met portretten van aanstormende talenten en grote namen. In 1940 wordt ze vastgezet in concentratiekamp Gurs, waaruit ze kans ziet te vluchten, en duikt onder. Na de bevrijding keert ze geknakt terug naar Parijs.
– De Amerikaanse schrijfster Alice Hoffman vertelt in De wereld die we kenden over drie jonge vrouwen die in Berlijn 1941 moeten zien te overleven. Hanni Kohn weet dat ze haar twaalfjarige dochter Lea alleen kan behoeden voor de nazi’s als ze haar wegstuurt. Ze vraagt een rabbijn om hulp, maar het is zijn dochter Ettie die haar zal helpen. Ettie creëert een magisch Joods wezen, een zeldzame golem, om Lea met haar leven te beschermen. Wanneer Ava tot leven is gebracht is ze onlosmakelijk verbonden met Lea en Ettie; hun paden zijn voorbestemd te kruisen, hun lotsbestemmingen verstrengeld. Lea en Ava reizen naar Parijs, maar het leven in bezet Frankrijk wordt al snel te gevaarlijk en ze reizen door naar een klooster in de bergen. Ettie is ondertussen ondergedoken in Frankrijk, in afwachting van haar voorbeschikte rol als verzetsstrijder.
– De Effingers vertelt over de levens van drie joodse families en vier generaties, in een noodlottige fase van de Duitse geschiedenis, tussen 1870 en 1945. Gabriele Tergit (1894-1982) begon haar roman te schrijven in 1932, op het hoogtepunt van haar carrière als journalist en auteur. Als baanbrekende (eerste vrouwelijke) rechtbankverslaggever had ze groot inzicht gekregen in de verhalen van mensen uit alle windstreken van het leven. Vrij snel na haar eerste roman stormden op 5 maart 1933, in de nacht van haar 39ste verjaardag, SA-ers haar appartement binnen om haar te arresteren. Gabriele Tergit kon vluchten, eerst naar Tsjecho-Slowakije en daarna naar Palestina. Uiteindelijk vestigde ze zich in Londen. Ze schreef De Effingers in de loop van 18 jaar, in hotelkamers in Praag, Jeruzalem, Tel Aviv en in de Britse hoofdstad in een poging om de verloren wereld van haar jeugd te heroveren. De roman kwam uit in 1951 en Nederlandse vertaling is onlangs verschenen in de Schwob-serie.
– Sarah Rose vertelt in D-Day Girls aan de hand van recent geopenbaard archiefmateriaal, dagboeken en herinneringen het verhaal van de vrouwen uit de SOE: een geheime dienst die Churchill oprichtte om het voortbestaan van Groot-Brittannië te waarborgen. 39 vrouwen lieten hun families en geliefden achter en meldden zich aan. Ze legden met hun spionage- en sabotageactiviteiten achter de vijandelijke linies de basis voor het succes van de D-Day-invasie, die uiteindelijk de ommekeer van de Tweede Wereldoorlog zou worden.
– Viktor is de debuutroman van Judith Fanto, en tevens de naam van haar Weense oudoom die als 6-jarige een weeskind uit een vijver redt, maar verder niet wil deugen. Tot De Anschluß in 1938, die een keerpunt voor hem wordt: met heldhaftige vindingrijkheid en brutaliteit beschermt Viktor iedereen die hij liefheeft. Daarnaast speelt het verhaal van Geertje Rosenbaum (alter-ego van de schrijfster), die in opstand komt tegen de angst en schaamte waarmee de familieleden hun Joodse identiteit beleven. Wanneer houdt haar familie nu eindelijk op met onderduiken? En waarom wordt Viktor doodgezwegen? In de pers heel enthousiast ontvangen.

Ook deze maand zal de bibliotheek helaas nog niet open gaan.
Aan recensenten en leensters/leners willen we toch de mogelijkheid bieden om boeken op afspraak af te komen halen. Dat zal op beperkte tijden zijn. Voor wie graag een of meerdere boeken wil lenen staat de catalogus ter beschikking om daarin thuis te zoeken naar titels en/of schrijfsters. Ook het uitgebreide recensie-overzicht kan wellicht ter inspiratie dienen: https://vrouwenbibliotheek.nl/2017/09/08/recensie-overzicht/.
Jonna is flink bezig om de achterstand in de catalogus in te lopen, maar nog niet alle recente titels staan er in. Om dat te ondervangen is er een lijst gemaakt van de recensie-exemplaren van de afgelopen 2 jaar, zie: https://vrouwenbibliotheek.nl/2020/04/29/nog-even-niet-open-in-mei-maar/
We kunnen helaas niet beloven dat alles in huis is, maar als je per mail (info@vrouwenbibliotheek.nl) laat weten wat je graag zou willen lezen, dan maken we een afspraak voor het afhalen.

Onlangs uitgebrachte titels
– Ondanks dat uitgeverij DasMag De nieuwe rivier van Eva Meijer een hallucinante eco-detective noemt, waarin waarin ze een volstrekt originele wereld schetst heb ik haar gezien haar eerdere boeken niet bij de thrillers onder gebracht. Misschien niet terecht. Het verhaal: er kronkelt een nieuwe rivier door Koraalboom. Wetenschappers vermoeden dat grootschalige boskap voor de lokale sojateelt de oorzaak is; dorpsbewoners denken aan wraak van de oude goden. Twee dagen nadat de Engelse journaliste Janet Stone naar het dorp is gekomen voor een artikel over de rivier, wordt sojaboer en dichter Hugo Frys vermoord. Wanneer Janet op onderzoek uitgaat, komt ze erachter dat het land wordt opgeslokt door veel meer dan de rivier.
Olga Tokarczuk (1962) is de belangrijkste Poolse auteur van haar generatie; in 2019 werd haar de Nobelprijs voor Literatuur 2018 toegekend. Haar nieuwe roman Jaag je ploeg over de botten van de doden speelt zich af in een afgelegen Pools dorpje, waar de excentrieke zestiger Janina Duszejko vertelt over de dood van haar buurman en de andere vreemde gebeurtenissen van de laatste tijd. Janina leidt een teruggetrokken leven: ze houdt van de natuur, van astrologie en vertaalt de poëzie van William Blake. Wanneer leden van de lokale jachtvereniging dood worden aangetroffen, raakt ze als een Poolse Miss Marple betrokken bij het politieonderzoek.
– Er verschijnen regelmatig autobiografische verhalen van mensen/vrouwen die de strenge religieuze gemeenschap, waarin ze zijn opgegroeid, verlaten, meestal met veel pijn en moeite. Denk aan Onorthodox van Deborah Feldman, dat net als Netflix-miniserie is verschenen. Renske Doorenspleet werd geboren in het Apostolisch Genootschap. Na haar uittreding in 1998 wil ze nog maar één ding: haar eigen weg gaan. Maar ze heeft haar jeugd nooit kunnen loslaten. In Apostelkind probeert ze te begrijpen wat haar is overkomen en welke ingrijpende gevolgen dat voor haar en anderen heeft gehad. Ze begint een zoektocht naar de geschiedenis en denkbeelden van de groep en verweeft archiefmateriaal en herinneringen tot een ontluisterend beeld van een gewoon – en tegelijkertijd ongewoon – Nederlands kind in de jaren zeventig en tachtig. Ook laat ze zien hoe deze beweging binnen onze democratie ongemoeid heeft kunnen voortbestaan.
– In 2016, het Jaar van de aap, wordt  schrijfster en muzikante Patti Smith zeventig. Het blijkt een jaar vol politieke turbulentie en persoonlijk verlies. Een jaar waarin ze, meestal slechts vergezeld door haar polaroidcamera, door de VS reist. Ze trekt langs de Californische kust, door de woestijn van Arizona, en neemt afscheid van twee dierbare vrienden. Ze doet inzichten op in haar dromen, eet in diners en is altijd op zoek naar zwarte koffie. Jaar van de aap is een poëtisch memoir, een onvervalst staaltje americana en een ontroerende reflectie op vriendschap, verlies en het voortschrijden van de tijd, geschreven in elegant, lyrisch proza.
– Fleishman zit in de problemen, het debuut van de Amerikaanse schrijfster Taffy Brodesser-Akner, wordt omschreven als ’een slimme spetterende huwelijksroman (Trouw)’, en ‘een krachtige, verontrustende en indrukwekkende roman, die illustreert hoe de huwelijksbelofte (samen onze levens opbouwen) één wezenlijk kenmerk over het hoofd ziet: er zijn twee levens.’ (NYT). De 41-jarige Toby Fleishman spuit zijn gal na 15 jaar huwelijk aan een meelevende vriendin en oud-studiegenoot. Zijn ex-vrouw heeft hun 2 kinderen bij hem afgeleverd en is verdwenen. Als hij er echt achter wil komen wat er is gebeurd, met Rachel en met hun huwelijk, zal hij moeten leren dat hij misschien al vanaf het begin veel dingen verkeerd heeft gezien. Vriendin Elizabeth en tevens vertelster komt gaandeweg meer met haar eigen verhaal en beschouwingen. Hoe werkt zo’n oud instituut als het huwelijk in onze huidige cultuur en tijd?
– Elizabeth Jane Howard beschrijft in Welbeschouwd het (haar eigen!) huwelijkse leven in een heel andere tijd, tussen 1926 en 1950, in de betere Britse kringen. Het was haar 2e roman, die ze na 5 jaar trage arbeid op haar 33e publiceerde en nu is vertaald, met een ruimschoots aanbevelend voorwoord van Hillary Mantel, ’Haar briljante romans werden vaak overschaduwd door haar turbulente privéleven’. In omgekeerde volgorde volgt de roman de relatie van Antonia en Conrad, door jaren van dromen en oorlog, ontrouw en moederschap, tot het onstuimige, ondoordachte begin van hun verbintenis. Aanleiding voor de beschouwing is de vraag van Antonia hoe ze nu alleen verder moet, nadat ze na afloop van het verlovingsdiner van hun zoon wordt ’afgedankt’ na eindeloos vernederd te zijn.
– In Pingping van Mariët Meester breekt de hoofdpersoon abrupt met haar stadse leven en gaat op zoek naar een eenvoudiger bestaan. Terwijl ze op het erf van een boerderij in de polder verblijft, wordt ze al snel geconfronteerd met mensen die juist het tegenovergestelde willen: nietsontziend zoveel mogelijk geld binnenslepen. Het boek is een bijzondere uitgave, omdat het een eenmalige druk betreft van duizend genummerde en gesigneerde exemplaren. Een experiment van de schrijver, die de oplage laag wil houden om zo een bijdrage te leveren aan een andere manier van omgaan met spullen. Er zal ook geen herdruk verschijnen. Uit Literair Nederland: ‘Meesters zet fijne personages neer en beschrijft hen met enige introspectie en een gezonde dosis zelfspot.’
– In 2014 kwam Kintu  uit in Oeganda en is een mengeling van Oegandese orale verteltradities, volksverhalen, mythen en bijbelse elementen. Daarmee brengt Jennifer Nansubuga Makumbi bijzonder kleurrijke personages tot leven. Die hebben, hoe verschillend hun verhalen ook zijn, één ding gemeen: de strijd om los te breken van hun gedeelde verleden en zich te verzoenen met de moderne wereld.   Het is een groots en meeslepend epos en wordt al een klassieker genoemd, vandaar alle vertalingen, waarbij de Oegandese schrijfster geen aanpassingen aan een ander lezerspubliek heeft willen doen. Het geeft ze een genuanceerd beeld van haar land van herkomst.
Verhelderend artikel in de Volkskrant: https://www.volkskrant.nl/columns-opinie/afrikablog-gelukkig-deed-jennifer-makumbi-geen-concessies-aan-westerse-uitgevers-van-haar-roman-kintu~be00dde6/artikel
– Voor de roman De smeekbede deed Lianne Damen diepgravend historisch onderzoek om te achterhalen waarom een oude vrouw zich met een roep om hulp uitgerekend wendt tot de man die haar jarenlang in eigendom had: “Mijn meester, ach neemt mijn bede aan”, schrijft de vrijgemaakte zwarte vrouw in 1795 vanuit Suriname aan haar voormalige meester in Holland. De brief, die nooit op zijn bestemming aankwam ligt aan de basis van een bijzonder verhaal. Lianne Damen ontrafelt het leven van de vrouw en legt het schrijnende contrast bloot tussen het leven van een in slavernij geboren zwarte vrouw en dat van haar meester, een Utrechtse jurist die zijn gezin achterliet om in Suriname fortuin te maken.
– In India raken dagelijks zo’n 180 kinderen ’zoek’. Dat leerde de Indiase schrijfster Deepa Anappara tijdens haar werk als verslaggeefster voor verschillende Indiase media. Ze schreef er een roman over: Djinn patrouille op de Paarse Lijn. Wanneer een jongen van hun school vermist wordt, besluit de 9-jarige Jai de kennis die hij heeft opgedaan tijdens het kijken van Police Patrol, een realityshow over de politie, in de praktijk te brengen. Met zijn vrienden Pari en Faiz aan zijn zijde waagt hij zich in de gevaarlijkste delen van de uitgestrekte Indiase stad: de bazaar na sluitingstijd en zelfs het laatste metrostation van de Paarse Lijn. Deepa Anappara heeft veel met kinderen gesproken en weet hun kant van het verhaal goed naar voren te brengen.
– Bijna 7 jaar na Het boek Henry is het 3e deel uit de Thomas-Cromwell-trilogie van Hillary Mantel verschenen: De spiegel en het licht. De Britse schrijfster raakte in Thomas Cromwell geïnteresseerd tijdens bestudering van de revolutionaire veranderingen die hij in de Engelse samenleving heeft doorgevoerd en besloot historische fictie te gaan schrijven over de hofhouding van Hendrik de VIII, en in het bijzonder zijn raadsheer en vertrouweling, die zijn koning 10 jaar diende. Voor de eerste twee delen kreeg ze de Man Booker Prize en Ellen Deckwitz noemt dit deel ’de overtreffende trap’. Het beschrijft de jaren na de dood van Anna Boleyn tot aan zijn eigen onthoofding vier jaar later.
– Een historische roman over een heel andere cultuur en periode is De stad van de tsaar van Martina Sahler over de bouw van Sint-Petersburg in 1703, naar Westerse standaard. Het werd een stad die een nieuw hoofdstuk in de Russische geschiedenis inluidde. Van heinde en verre trekken mensen naar de pasgebouwde metropool om daar een nieuw leven te beginnen. Een Nederlandse timmerman komt er zijn fortuin verdienen. Een Duitse dokter komt met zijn kinderen; de een hoopt in Sint-Petersburg te kunnen studeren, de ander wil er de liefde vinden. Een Russische graaf brengt zijn beeldschone dochter mee, in de hoop dat de tsaar zijn hart aan haar verliest. Een Italiaanse architect probeert er zijn verontrustende verleden te ontvluchten. Intussen woedt buiten de stad in wording de Grote Noordse Oorlog voort en moet Peter het hoofd bieden aan intriges binnen zijn hof, en aan de vraag of hij al dat goud uit de schatkist niet beter aan zijn leger kan besteden.

Non-fictie
– Ik voel me in de hele wereld thuis is een selectie brieven van Rosa Luxemburg (1871-1919), die zij veelal schreef tijdens haar gevangenschap tijdens de Eerste Wereldoorlog. Ze was een dwarse denker/filosofe en revolutionair politica.  Vanuit de gevangenis schreef ze de brieven aan vrienden, strijdkameraden, geliefdes, bewonderaars. Ze laat een bijzonder veelzijdige persoonlijkheid zien die niet snel bij de pakken neerzit, integendeel: vaak moet ze anderen ervan overtuigen dat er hoop is, dat het goedkomt. Ze schrijft over dieren en bloemen die ze door de tralies waarneemt, over mooie herinneringen, over trouw en ze veegt vriendinnen die haar wat kwijnend voorkomen fel de mantel uit.
Trouwartikel over de bundel: https://www.trouw.nl/cultuur-media/rosa-luxemburg-hield-meer-van-koolmezen-dan-partijgenoten~bba85e5a/
– Arabiste en antropologe Annemarie van Geel laat in Hakken in het zand zien hoe Saoedische vrouwen hun leven vormgeven, hoe ze denken over de kloof tussen mannen en vrouwen en hoe ze tegen het Westen aankijken. Ze bewijst dat het onmogelijk is om Saoedi-Arabië te begrijpen zonder de positie van de vrouw te snappen. Ze ging op zoek naar verhalen van Saoedische vrouwen zelf en ontmoette vrouwenrechtenactivisten, studentes, oma’s, zakenvrouwen en kunstenaars. Vanuit onverwachte invalshoeken belicht ze Saoedische visies op onderwerpen als het geloof, de positie van de vrouw en het hebben van gelijke rechten. Ze schrijft over daten op z’n Saoedisch, zwarte magie, kunst, de religieuze politie, social media en lingeriewinkels.
– Toen Corien van Zweden haar linkerborst ’verloor’ aan borstkanker, ging ze zich verdiepen in de biologie en betekenis van het intieme lichaamsdeel. Ze ontdekte dat er geen ander lichaamsdeel is met zo’n veelzijdige levensloop als de vrouwenborst, en beschrijft de biografie van borsten: van het allereerste moment dat een meisje merkt dat er iets verandert, naar borstvoeding en via borstvergrotingen en borstverkleiningen naar de dag dat -bij één op de zeven vrouwen- borstkanker wordt vastgesteld. Borsten. De levensloop van een intiem lichaamsdeel gaat over een lichaamsdeel dat de helft van de wereldbevolking heeft, maar waar de meerderheid van de mensen weinig van weet. Corien van Zweden vertelt over haar eigen leven met borsten en laat psychologen, plastisch chirurgen, seksuologen, filosofen en lactatiekundigen aan het woord. Daarnaast delen vrouwen van alle leeftijden en diverse achtergronden hun ervaringen, emoties en inzichten.
Misschien leuk om te vermelden dat Marilyn Yalom in Geschiedenis van de borst (1996) schreef over de westerse beeldvorming door de eeuwen heen. ’Een boeiende, zeer uitgebreide studie over de geschiedenis van de vrouwenborst, van de Prehistorie en de Griekse Oudheid tot de vrouwenbeweging.’ (staat in onze bieb)

Poëzie
– Aafke Romeijn noemt Leegstand zelf haar eerste dichtbundel. Ze geeft erin een impressie van de depressies die haar leven moeilijk maken. Het is een combinatie van gedichten, proza en foto’s. Samen vormen die een soort van dagboek/logboek, een archief. Het gaat om overpeinzingen en pogingen om het fenomeen depressie vorm te geven.
– Het jaagpad op en af van Saskia de Jong is een bijna verhalende reeks gedichten, en een grillige, assocatieve bundel. De gedichten gaan over kijken, maken, kunst. Saskia de Jong’s vorige bundel, De deugende cirkel, was m.n. voor kinderen geschreven, en dat speelse komt ook nu weer terug.

Thrillers
 In hechtenis is de nieuwe spannende psychologische thriller van Nicci French. Tabitha zit vast in een huis van bewaring, beschuldigd van moord op buurman Stuart Rees. Van de bewuste dag kan ze zich echter haast niets herinneren, ze leed aan een depressie. Toch denkt ze dat ze onschuldig is. Wanneer ze merkt dat haar beoogde advocaat hieraan twijfelt, besluit ze zelf haar verdediging op zich te nemen. Maar dat blijkt lastig vanuit de cel.
– Helene Flood (1982) is een Noorse die in Oslo woont, ze is psychologe en onderzoekster. De therapeut is haar debuut-thriller die direct op de 2e plaats van de Noorse bestsellerlijst belandde. De therapeut is psychologe Sara, die vooral met getroebleerde tieners werkt. In haar vrije tijd klust ze samen met haar man Sigurd aan het grote huis dat ze van zijn opa geërfd hebben. Het is een onmogelijk project dat veel langer duurt dan ze gehoopt hadden. Dan verdwijnt Sigurd plots spoorloos, vlak nadat hij een lief berichtje aan Sara stuurde. Het grote, half gerenoveerde huis voelt opeens leeg en vijandig, en hoort en ziet ze van alles. Sigurd blijkt vermoord. Hoe kan ze daar als psychologe mee overweg?

Activiteiten en boeken-nieuws in Utrecht en daarbuiten: (dwz nu digitaal)
– Vooralsnog staat de eerder opgeschorte themadag Vrouwen en het surrealisme in het centraal Museum nog gepland op 15 mei (zie ook vorige nieuwsbrief). De tentoonstelling De tranen van Eros is inmiddels verlengd t/m 16 augustus, als musea tegen die tijd weer open mogen zijn. In de tussentijd is via de website van het museum de tentoonstelling in een 360º-tour te bekijken, en verderop staat meer uitleg over het thema en de schilderijen van o.a. een aantal vrouwelijke surrealisten: https://www.centraalmuseum.nl/nl/over-het-museum/nieuws-en-pers/kort-nieuws-en-blogs/tranen-van-eros-360-tour en https://www.centraalmuseum.nl/nl/tentoonstellingen/de-tranen-van-eros
– Nog een tentoonstelling die verlengd  (t/m 13 september) is en digitaal te bezoeken: The Future is Female – Love Letters in het CODA museum in Apeldoorn. Er is werk van 41 vrouwelijke kunstenaars samengebracht omdat er ng veel te verbeteren is in de waardering voor het werk van vrouwelijke kunstenaars. Ze vertellen allemaal op hun unieke, eigenzinnige, krachtige of liefdevolle manier een verhaal. Meer info: https://www.coda-apeldoorn.nl/nl/agenda/the-future-is-female-love-letters?utm_source=See+All+This+kunstbrief&utm_campaign=e2a2166555-EMAIL_CAMPAIGN_2020_03_26_05_39&utm_medium=email&utm_term=0_501c89cb0a-e2a2166555-190999001&mc_cid=e2a2166555&mc_eid=abd749ef32

Bibliotheeknieuws:
– Alle lopende activiteiten van/via de bibliotheek zijn tot nader datum opgeschort. Zodra er weer wordt begonnen, zullen we dat natuurlijk laten weten.
Voor het lenen van boeken bestaat de mogelijkheid om op afspraak boeken langs te halen, zie boven in de nieuwsbrief.
– Jonna is weer druk bezig gegaan om de catalogus aan te vullen, dus binnenkort zijn we weer bij.

Nieuwe boeken in de bibliotheek
Volg me van Joyce Spijker, Simone de Beauvoir, een leven van Kate Kirkpatrick, Lichter dan ik van Dido Michielsen.

Nieuwe recensies van deze maand als link bijgevoegd:
https://vrouwenbibliotheek.nl/2020/04/03/de-vriend-door-sigrid-nunez/
https://vrouwenbibliotheek.nl/2020/04/06/de-mannen-van-maria-door-anneloes-timmerije/
https://vrouwenbibliotheek.nl/2020/04/10/het-tristan-akkoord-door-ewa-maria-wagner/
https://vrouwenbibliotheek.nl/2020/04/15/de-engel-van-het-vergeten-door-maja-haderlap/
https://vrouwenbibliotheek.nl/2020/04/26/volg-me-door-joyce-spijker/

De leenbijdrage voor 2020 is opnieuw vastgesteld op € 26,-. Je kunt hiervoor onbeperkt boeken lenen en/of vriendin/vriend van de bibliotheek zijn.
Iedereen die boeken leent en/of wil gaan lenen wordt vriendelijk verzocht dit bedrag over te maken op banknummer NL71 INGB 0009 2669 95 ten name van Stichting Es Scent ovv naam en ‘leenbijdrage 2020’. Meer overmaken om de vrouwenbibliotheek extra te ondersteunen mag natuurlijk altijd. Eenmalig een boek lenen kan ook. De bijdrage hiervoor is € 1,- per boek, met een startbedrag van € 5,- per kalenderjaar.

Op www.vrouwenbibliotheek.nl is meer informatie over de bibliotheek te vinden en veel recensies, de nieuwsbrief is ook te lezen via onze website.
Sterkte in deze onwerkelijke tijden, en ik hoop jullie weer snel te kunnen zien in andere omstandigheden.

Hartelijke lees-groet,

Marjolein Datema                                                                              Utrecht, 29 april 2020

 

 




‘De tribune van de armen’ door Mariët Meester

Mariët Meester, geboren in 1958, is opgegroeid in het gevangenisdorp Veenhuizen, waar haar vader hoofdonderwijzer was, en is opgeleid aan de kunstacademie in Arnhem. Ze schreef een omvangrijk oeuvre: romans en non-fictie. Haar werk is divers en getuigt altijd van nieuwsgierigheid naar mensen en hun gedragingen: “Observeren is voor mij een levensbehoefte.” De manier waarop haar verhalen tot stand komen is uniek. Is ze geïnteresseerd in een onderwerp, dan stort ze zich daar volledig op en verblijft, liefst langdurig en ook veelvuldig, op die plek in de wereld – Nederland, Spanje, Roemenië, VS – waar haar onderwerp zich afspeelt. Ze heeft humor en is eropuit de betekenis voor het individu, de groep, de stad en het land, de instituties, zoals de kerk, de ambtenarij en het gevangeniswezen te achterhalen. Ze beschrijft niet alleen haar observaties, maar ook haar eigen zoekproces, zich bewust van haar achtergrond en karakter, met haar eigen gedachten en emoties.

Voor het verhaal De tribune van de armen woonden de schrijfster en haar man, kunstenaar Jaap Ruig, in 2013 en 2014 vijftien maanden in Màlaga, Spanje, om alles te weten te komen over de bijzondere gebeurtenissen in de Semana Santa (de heilige Paasweek). Zij kenden Spanje al uit 1983, 1985 en 1987 toen ze als jonge mensen met weinig geld probeerden daar te (over)leven. Hun thuis was waar ze waren, in Nederland hadden ze slechts een caravan als pied-à-terre, op het erf van een vriendin; een unieke levensstijl. Ze zijn nooit uit op geld of goederen, anders dan voor de dagelijkse levensbehoeften. Hun drijfveer is willen weten en willen beleven.

Net als op meer plekken in Spanje, voltrekken zich in de Semana Santa in Màlaga grootse religieuze evenementen, processies, waaraan duizenden mensen van de plaatselijke bevolking deelnemen. De voorbereidingen duren driekwart jaar. In Màlaga worden de processies georganiseerd door 42 zogenaamde broederschappen, die eigen kerken hebben en eigen parochies. Vaak zijn hele families bij een broederschap aangesloten; hun leven is gebed in de broederschap. Leiders, vrijwilligers, dragers, gelovigen, boetelingen, ze zijn allen bezig de ‘tronen’ met de beelden van Jezus en Maria mooi, indrukwekkend en draagbaar te maken.  Mariët Meester is niet katholiek, niet kerks en niet gelovig, ze liep als dertienjarige de kerk in Veenhuizen uit. Wellicht daarom kan ze met humor en afstand onderzoeken wat er gebeurt in de Semana Santa.
De 42 processies beginnen op ‘Witte Donderdag’ en de beelden van de lijdende Christus en Maria komen naar buiten, waar ze door de stad worden gedragen door de dragers, tientallen rijen van tientallen mannen met hun ‘troon’ op hun schouders, geoefend in het laten dansen van hun tronen op de muziek van de drumbands en kapellen, zonder de beelden te laten vallen. Tientallen boetelingen in gewaden met metershoge puntmutsen (zoals de Ku-Klux-Klan ze draagt) volgen de ‘tronen’. Er is een programmaboekje voor het publiek om te kunnen zien waar je welke processie op welk tijdstip kan bekijken, hetgeen vaak rennen en wachten betekent.
De schrijfster wordt meegesleept door de wisselwerking van de imposante beelden en de massale aanwezigheid van het uitgelaten, maar toch devote publiek dat juichend antwoordt op vragen als “Wat is de Maagd?” met: “Ze is mooi, mooi, mooi.” Ze geeft zich geestdriftig over aan het schouwspel “dat sensueel, melodieus, en spiritueel is.” Ze vergelijkt haar vervoering – ook al is ze atheïste – met die van  andere atheïsten, die elke paasperiode  opnieuw in vervoering raken van de Mattheus Passion, het Erbarme Dich of The Passion.

Wanneer een ‘troon’ langskomt met de dode Christus, is de stemming van het publiek totaal anders. De beelden van het lijden emotioneren uitzinnig, die van de dood roept stilte op, de emotie is van binnen. Bij de schrijfster komt de herinnering aan het sterven van haar broer in 2012 naar boven, een verdrietige situatie in haar eigen leven.
Als kind uit Veenhuizen is de schrijfster geïntrigeerd door de broederschap van Jesús El Rico, Jezus de Rijke, omdat die broederschap elk jaar een veroordeelde crimineel, een gevangene, de vrijheid geeft. Ze wil er alles over weten en blijft net zo lang iedereen en alle instanties platlopen tot ze aanwezig mag zijn op de persconferentie van de presentatie van de ‘bevoorrechte’, de ex-gevangene, nu vrijgelatene, die in de processie mee gaat lopen. Deze man heeft een zak over zijn hoofd met uitgeknipte ooggaten en een tuniek aan over zijn spijkerbroek en geblokt overhemd. In verband met de gewenste voorspoedige re-integratie van de man, blijft hij anoniem. Ze maakt vergelijkingen met het Nederlandse gevangeniswezen en wil eigenlijk de bevoorrechte interviewen. Haar man Jaap remt haar af door ’s avonds in bed te zeggen: “De essentie van de vrijlating is dat het anoniem gebeurt en door een hogere macht wordt gesanctioneerd. De gevangene voelt zich uitverkoren en dat geeft een enorme boost…de bevoorrechte is werkelijk vrijgelaten, niemand komt meer achter hem aan, de broederschap niet, jij niet en de reclassering niet. Vrij is vrij. Welterusten.”

De Tribune van de armen is een onalledaags, voortreffelijk en verbazingwekkend persoonlijk reisverhaal. De titel is ontleend aan een speciale tribune waar de plaatsen kosteloos zijn.
Mariët Meester beschrijft in dit boek in detail de aanloop tot de Semana Santa, de evenementen en de afloop. Over diegenen die haar hielpen, die ze leerde kennen en waar ze naast en boven woonde. De instanties, het onderzoek, haar eigen achtergrond en haar beleving van alles wat ze zag en opmerkte. De geschiedenis van de Semana Santa en van de broederschappen. De achtergronden van het gevangeniswezen in Nederland en Spanje. De verschillen tussen Andalusië in de jaren ’80 en in dit decennium. Veel informatie, maar interessant.

Zojuist is de Spaanse vertaling verschenen (La Tribuna de los Pobres). Kennelijk vindt de Spaanse uitgever het relaas van Mariët Meester ook voor het Spaanse publiek van interesse. Een geweldig compliment voor de schrijfster.

Uitgeverij          De Arbeiderspers, 2017
Pagina’s            288
ISBN                  978 9029 509 305
Met een katern kleurenfoto’s

Recensie door Hannah Kuipers, april 2019