‘Het absurde idee je nooit meer te zien’ door Rosa Montero
Het absurde idee je nooit meer te zien van Rosa Montero is een persoonlijk boek. De auteur vertelt wat ze ervaren heeft na de dood van haar man. Toch reikt haar schrijven veel verder dan haarzelf. Met dit boek leeft ze haar eigen woorden na: “Voor mij is het evident dat goede fictie altijd universaliteit nastreeft en inzicht probeert te geven in wat het is om een mens te zijn.”
Het resultaat is boeiend, toegankelijk en van belang.
Zoals de titel misschien al verklapt, is rouw een belangrijk thema in het boek. Het gaat echter over veel meer. De ideeën van Rosa Montero over de waarde van kunst, over gebonden zijn aan verwachtingen, over schrijven en over ouderdom zijn erin verweven.
De aanleiding voor de auteur om dit boek te schrijven was haar kennismaking met het dagboek van Marie Curie. Deze Pools-Franse natuur- en scheikundige schreef dat in de maanden nadat haar man Pierre was overleden. In Het absurde idee je nooit meer te zien vormt dit dagboek de leidraad. Rosa Montero vertelt over Madame Curie, interpreteert dier notities en spiegelt haar eigen persoonlijke ervaringen steeds aan die van Marie.
Deze biografische en autobiografische elementen vloeien soepel over in Rosa Montero’s algemene wijsheden. Ondanks zijn diversiteit, is het boek een mooi geheel. Het heeft geen strikte structuur, wel een grote mate van samenhang. Zelf zegt de auteur:
“[Ik heb] zin om te schrijven zoals je ademhaalt. Op een natuurlijke manier.”
Het heeft een boek opgeleverd dat ook zo leest: als een gedachtegang.
Ook waar het gaat om het schrijven zelf, hanteert Rosa Montero haar opvatting als richtsnoer. Haar mooie gedachten over schrijverschap probeert ze met dit boek op te volgen. Ze streeft ernaar “echt vrij [te] zijn, vrij van [haar] bewuste ik, van overgeërfde regels, van de onderwerping aan de blik van de ander, van [haar] eigen #Ambitie, van het verlangen [zich] te verheffen als een adelaar, van [haar] angsten en twijfels en schuldgevoelens en bekrompenheid (…). Alleen als je echt vrij bent, kun je goed (…) schrijven”.
Bij schrijven én bij lezen speelt collectiviteit een grote rol, zegt ze. Kunst maken of ondergaan verbindt ons met de rest van de mensheid. Die gezamenlijkheid geeft troost. Bovendien helpt de schoonheid van kunst ons wanneer het leven ons zwaar valt. “Wij mensen beschermen ons tegen zinloos lijden door het op te smukken met de zin van schoonheid.”
Aan het eind van het boek spreekt Rosa Montero over het eind van een mensenleven. Ouderdom kan volgens haar iets bijzonders bieden: lichtheid. Wie alle ambitie en gevoelde plichten achter zich heeft gelaten, kan “[l]even in de superieure gratie van het hier en nu.”
Met deze gedachte eindigt de stroom bespiegelingen. Gelukkig is denken niet te begrenzen door een kaft. Waar Het absurde idee je nooit meer te zien ophoudt, kan ieder met zijn eigen gedachten verder gaan. Het boek biedt inspiratie genoeg!
Over de auteur
Rosa Montero (1951) is een van de bekendste Spaanse schrijvers. Na haar studies psychologie en journalistiek werkte ze voor El País, de grootste krant van Spanje. Al snel won ze prijzen voor haar artikelen en literatuurkritieken. In 1979 verscheen haar eerste roman, Crónica del desamor (Absent love : a chronicle). Van veel van haar boeken is een Nederlandse vertaling gepubliceerd: Als een vorstin zal ik je behandelen (1990), Het kristal van Koud Water (1991), Mooi en donker (1994), De dochter van de kannibaal (1999), Het hart van de Tartarus (2002), Red de wereld! Volg de instructies (2011). La loca de la casa (2003, The Lunatic of the House) beschouwt ze zelf als een van haar beste boeken. Veel ervan staan op de plank in de vrouwenbibliotheek.
Uitgever Wereldbibliotheek, 2015
Pagina’s 224
Vertaling uit het Spaans door Hendrik Hutter (La ridícula idea de no volver a verte)
ISBN 978 9028 426 207
Recensie door Fieke Boschman, november 2016