‘Cécile en Elsa, strijdbare freules’ door Elisabeth Leijnse

Een biografie

De freules Cécile de Jong van Beek en Donk (geboren 1866) en haar zuster Elisabeth (Elsa) de Jong van Beek en Donk (twee jaar later geboren in 1868) zijn volgens biografe Elisabeth Leijnse ‘Twee daadkrachtige en intelligente vrouwen uit de hoogste kringen, getuigen van historische veranderingen, waarvan ze soms zelf de hefboom waren.’
Voor deze dubbelbiografie heeft Elisabeth Leijnse zich kunnen baseren op een schat aan persoonlijk materiaal, zoals de dagboeken van moeder Anna Nahuys en de kinderboekjes die zij voor en over Cécile en Elsa bijhield. Ze kreeg de brieven van Cécile en de dagboeken van Elsa en kon in de biografie inzage geven in hun persoonlijk leed, zoals dood, ontrouw, seksloze huwelijken, onoverkomelijke tegenstellingen binnen het huwelijk en in familierelaties. Nazaten van de freules hadden ervoor gezorgd dat grote hoeveelheden informatie over de familie bewaard zijn gebleven en dat de biografe er vrijelijk uit kon putten. Wie de gelegenheid en het geduld heeft 498 pagina’s biografie en 137 pagina’s noten, archieven, interviews, verwijzingen, illustraties en dankwoord te lezen, heeft een sublieme leeservaring.

De ouders van de freules, gravin Anna van Nahuys (intelligent, onafhankelijk en verdienstelijk schilderes) en Jonkheer Jan de Jong van Beek en Donk (jurist en spinozist) waren zeer vooruitstrevend. Ze gingen voor de opvoeding van hun kinderen bij Friedrich Fröbel en diens Nederlandse propagandiste Elise van Calcar te rade: ‘Maakt van de kinderen geen menschen naar uw beeld en uwe gelijkenis, maar ontwikkelt den geest der kinderen naar elks individuele aanleg, houdt rekening met den waren aard des kinds.’ De kinderen kregen volgens het systeem van Fröbel thuis gefaseerd onderwijs door inwonende gouvernantes. Tot het uitvallen van de melktanden mochten de kinderen niet leren lezen en schrijven. Vanaf dat moment mochten ze meteen meerdere talen leren. Ze leerden Duits van hun nurse en hadden een Franse gouvernante. Toen ze wat ouder waren kregen ze muziekonderwijs van zeer goede leraren en maakten kennis met belangrijke componisten en musici van die tijd, Richard Wagner, Clara Schumann, Anton Rubinstein, enz. De freules kenden in elke periode van hun leven vooraanstaande mensen op het gebied van wetenschap, politiek, muziek, kunst, literatuur, cultuur, emancipatie. Een deel van de levendigheid van deze biografie vormen de beroemdheden uit die tijd, zoals Couperus, Frederik van Eeden, Lodewijk van Deijssel. Voor wie zich eerder in de geschiedenis van het feminisme heeft verdiept, trekt er als een feest van herkenning een stoet feministes van de eerste feministische golf voorbij, zoals Aletta Jacobs, Wilhelmina Drucker, Cornelie Huygens, Betsy Perk, e.v.a. Zij kleuren de sfeer waarin de freules leefden.

Behalve doorzicht op de geschiedenis van die tijd geeft deze dubbelbiografie psychologische portretten van beide freules, als ook van hun symbiotische- en (later) problematische zusterrelatie. Moeder Anna bleek aan zenuwpijnen te lijden en met haar ziekte moest altijd rekening gehouden worden. Moeder kreeg opium en morfine en werd een voortdurende zorg voor de zussen tot aan haar dood. Haar arts was Catharina van Tussenbroek, de eerste vrouwelijke arts van Nederland. De zussen ontwikkelden een (ongezonde) symbiotische relatie, hetgeen zich kan voordoen bij twee mensen (zussen, ouder-kind, geliefden) die elkaar onvoorwaardelijk toegewijd zijn in een onzekere situatie. Er is geen plek voor anderen, zij voelen zich één, waarbij ze hun situatie als ‘hemels, heilig, versmolten’ ervaren. De een leidt, de ander volgt. Een van de twee leeft in afhankelijkheid en onzelfstandigheid, de ander moet voortdurend de sterkste zijn, wat een belemmering vormt voor het ontwikkelen van de rest van de persoonlijkheid, anders dan het sterke leidende deel. Er zijn geen eigen grenzen, beiden zijn het altijd eens. Cécile sprak Elsa aan als ‘kindje, lieveling, mijn zonnekind’, en noemde zichzelf ‘moedertje.’ Zij dacht voor Elsa, adviseerde haar te doen wat zij zei en gaf invulling aan Elsa’s wensen en verlangens. Elsa leverde zich uit, wilde altijd eerst horen wat Cécile ervan dacht. In beiden was geen werkelijke psychische groei. Zij waren geen twee persoonlijkheden, maar één. Ze bespraken alles op hun ‘kamertje’ en schreven over elkaar in hun dagboeken.

De freules waren antikatholiek en noemden zichzelf vrijzinnig verlicht. Ze verzetten zich tegen de katholieke ‘algehele zedeloosheid, gelddorst, praalzucht, omkoperij en godslastering.’ Zij waren de ‘Vrouwenzaak’ toegedaan. Cécile zette in 1892 Elsa aan om rechten te gaan studeren, als eerste vrouw in Nederland. Elsa was een zeer goede pianiste, die van de beste leraren les had gehad. Maar Julius Röntgen van het Amsterdams Conservatorium vond haar geen natuurtalent, waardoor Elsa die een geniaal concertpianiste wilde zijn, afhaakte. Cécile zocht goede doelen als levensvervulling. Het werd de ‘Bond ter bestrijding eener gruwelmode tegen de veren op de dameskleding.’ Duizenden vogels werden, soms voor ze dood waren, van hun veren ontdaan. Cécile dwong Elsa ook een aandeel in deze bond te hebben, wat ze deed. In 1890 trouwde Cécile met Paul Goekoop, een succesvolle zakenman, die last had van zenuwcrises, regelmatig depressief was en soms suïcidaal. Hij kon kwaadaardig zijn, wantrouwend en onberekenbaar. Communiceren kon hij niet, terwijl dat voor Cécile van levensbelang was. Zij was doodongelukkig. Daarbij was het een huwelijk zonder seksualiteit.

De grote relatiebreuk tussen Cécile en Elsa ontstond toen Elsa verliefd werd op componist Alphons Diepenbrock (Fons) die katholiek was.
Een relatiebreuk is de enige manier om uit een (ongezonde) symbiose te komen. De ondergeschikte van de twee wil eindelijk naar eigen inzichten leven en onttrekt zich aan de symbiotische relatie. Die fase gaat gepaard met boosheid, afstand nemen, proberen een eigen leven op te bouwen. Adviezen worden niet meer opgevolgd; het worden grote ergernissen. Cécile probeerde Elsa te manipuleren zodat zij met ‘Fons’ zou trouwen. Ze bood geld en dwong Elsa tot veel gesprekken op ‘hun kamertje’. Elsa wilde niet dat haar kinderen katholiek zouden worden. Zij stopte met haar studie rechten en trouwde Fons in 1895, toen hij haar de heerschappij over de kinderen gaf. Fons had een ziekelijke moederbinding. Zijn moeder kon niet accepteren dat haar enige zoon met een protestantse trouwde. Dit zou de reden kunnen zijn waarom Fons zijn huwelijk niet ‘consumeerde.’
Een huwelijk zonder seks was de situatie waarmee beide zusters worstelden. Onwetendheid van het erotische leven en geen verlangen naar kinderen waren wellicht factoren om de situatie van een seksloos huwelijk te laten voortduren. De ouders hadden de dochters opgevoed tot maatschappelijk moderne hooggeplaatsten, maar erotiek zat niet in hun educatieve pakket. Alles wat met seks te maken had was onbekend aan de freules en werd ook door hen in dagboeken en brieven nooit genoemd.

Elisabeth Leijnse noemt de freules hefbomen bij historische veranderingen, waarbij ze ongetwijfeld het leidend aandeel van Cecile en het uitvoerend aandeel Elsa in de Vrouwenzaak bedoelt.
Cécile werd presidente van de Nationale Tentoonstelling van Vrouwenarbeid. De tentoonstelling in Den Haag was een groot succes. Helaas bezocht prinses Wilhelmina de tentoonstelling met een hoedje met foute veren. De voorvechtsters waren gegoede burgeressen en adellijke dames die het recht op arbeid wilden verkrijgen. Vrouwen waren voor het Nederlandse recht handelingsonbekwaam en konden – behalve een enkeling als vrijgevestigde arts – niet werken. (Handelingsbekwaamheid voor vrouwen kwam er pas in 1956!) Vrouwenarbeid was bij de socialisten geen issue. Hoewel arbeidersvrouwen werden uitgebuit als ze moesten werken om hun kinderen te kunnen voeden, voor hen wás er arbeid. Socialisten streden voor gelijke behandeling en betere voorwaarden bij arbeid. Ook de eerste feministische golf kende veel geruzie en onverenigbaarheid van standpunten.

In 1897 kwam het boek van Cécile uit, waaraan ze jaren had gewerkt. Het was een boek in twee delen met 570 pagina’s over de emancipatie van een jonge vrouw, Hilda van Suylenburg, zoals ook de titel luidt en waarin alle aspecten van emancipatie die toen een rol speelden aan de orde kwamen. (Je kunt het gratis lezen op dbnl.org. Een aanrader!) Het boek bleek ‘dynamiet dat met een kettingreactie tot ontploffing kwam.’ Hilda van Suylenburg werd door duizenden vrouwen gelezen en gaf een enorme impuls aan de emancipatie van de vrouw. Cécile werd een bekend schrijfster (geliefd en verguisd) in literair – en feministisch Nederland.

Inmiddels was het huwelijk van Cécile definitief kapot. Ze scheidde met veel moeite van Paul Goekoop en ging in Parijs wonen. Ze leefde op, had veel contacten met Nederlanders, Fransen en kunstenaars. Ze was tot de Eerste Wereldoorlog correspondente voor de Nieuwe Courant en had twee jaar een relatie met beeldhouwer Antoine Bourdelle. Of ze ook seks hadden is niet bekend, maar wel waarschijnlijk gezien zíjn reputatie. Paul Goekoop had zoveel geld dat hij de familie na de dood van vader Jan de Jong van Beek en Donk financieel kon bijspringen en bij de scheiding Cécile tot haar dood een financieel onbekommerd leven gaf. Zelfs Elsa werd levenslang door hem van een toelage voorzien.

In 1904 trouwde Cécile ‘aangetrokken door zijn verdriet over de dood van zijn vrouw in het kraambed’ met Michel Frenkel, een van oorsprong Poolse joodse man, chemicus en katholiek. Ze schreef: ‘In elke superieure vrouwenliefde schuilt de materniteit.’ Cécile was ‘klaar voor de magnetische stromingen van de fysieke overgave.’ Dit huwelijk werd dus wel geconsumeerd. Ze verbrandde haar dagboeken: ‘Wat een droeve, vervelende, afgesloten jeugd…’ en had vijftien jaar geen contact met haar moeder en haar zuster Elsa. Afstand van de symbiose; nieuwe kanten van haar persoonlijkheid kregen een kans. In 1905 werd haar zoon Pierre-Michel Frenkel geboren.

Elsa, muzikaal vakkundig en sensitief, adoreerde Alphons Diepenbrock en deed alles om zijn talent als componist de ruimte te geven. Ze cijferde zichzelf weg, gedrag wat ze in de symbiose met Cécile had geleerd. Ze hadden behalve de toelage van Paul Goekoop niet veel geld. Fons verdiende weinig met zijn composities en werd vaak afgescheept met een fooi. Elsa vestigde zich als logopediste in Amsterdam en specialiseerde zich in het genezen van stotteraars. Zij werd de deurwaarder van het echtpaar als het om geld en waardering ging. Ze kon dus inmiddels ook leidend zijn. Het echtpaar had veel contacten in de muziek- en kunstwereld in binnen- en buitenland, zoals Willem Mengelberg, Bernard Zweers, Aaltje Noorderwier, Gustav Mahler, Willem Rooyaards, Saar de Swart , Jan Toorop, Jan Veth, e.v.a.
Na tien jaar huwelijk stierf de moeder van Fons en werd hij verliefd op een twintig jaar jongere vrouw, Jo. Schuldgevoel dreef hem ook in de armen van Elsa, die twee dochters kreeg. Elsa bleef protestant en voedde haar dochters toch katholiek op. Ze was een tolerante moeder, terwijl Fons, overgevoelig voor geluid en mens, vaak nukkig was en ongeduldig naar zijn dochters.

De Eerste Wereldoorlog bracht Cécile bij de Action Française, een beweging die afschuw had van joden, protestanten, vreemdelingen en vrijmetselaars. Cécile schreef Elsa weer. Ze hadden nog wel verschillen, zoals het protestantisme van Elsa en het fundamentalistische katholicisme van Cécile, maar er waren ook overeenkomsten. Elisabeth Leijnse schrijft: ‘Ze hadden beiden betaald werk, een intellectuele echtgenoot van aanzien, een appartement in het culturele hart van de hoofdstad en een charmant buitenhuis op het platteland. Ze prentten hun kinderen de hoogste kunstidealen in en bewondering voor de prestaties van hun vader.’
Fons werd weer verliefd op een (dertig jaar) jongere vrouw. Elsa begon een relatie met (twintig jaar jongere) Mathijs Vermeulen, muziekcriticus en componist, waarvan Fons de ‘maitre spirituel’ was. Ze gaf zich – een jaar – over aan de vleselijke liefde als spiritueel avontuur. Of was het wraak? Op het 25-jarig huwelijksfeest van Fons en Elsa ging ze over op het katholieke geloof.
Het lijkt of haar protestantse harnas dat ze haar hele huwelijk had aangehad, kletterend op de grond viel en er een zachte vrouw onder vandaan kwam. De relatie met Fons en haar dochters verbeterde onmiddellijk. Fons stierf in 1921. Ze overleefde hem 18 jaar en werkte samen aan zijn muzikale erfenis met haar dochter Thea en met kunstcriticus (later hoogleraar cultuurgeschiedenis aan de Universiteit van Utrecht) Hendrik Eduard Reeser.

Cécile was, evenals haar echtgenoot obsessief antisemiet. Ze liet zich agressief uit over ‘Het Jodenvraagstuk.’
Elsa zag de joodse immigratie in de dertiger jaren als een aanwinst voor het muziekleven. Ze vond Cécile een neofiet, een fanatieke bekeerling. Over de Kristallnacht van 1938 was Elsa geschokt. Cécile vond ‘de horreurs welverdiend.’
In 1939 stierf Elsa in bijzijn van haar dochters. In 1944 stierf Cécile, alleen als een verbitterde vrouw.

Biografe Elisabeth Leijnse is hoogleraar Letterkunde aan de Universiteit van Namen en promoveerde op symbolisme en nieuwe mystiek in Nederland voor 1900 en schrijft over cultuur en literatuur in het Fin de Siècle (einde van de 19e eeuw, van ongeveer 1890 tot 1914). Zij heeft twaalf jaar aan dit boek gewerkt.
Elisabeth Leijnse won met deze dubbelbiografie De Libris Biografieprijs 2016 en de Erik Hazelhoff Biografieprijs 2016.

In februari maakt de schrijfster een tournee langs Nederlandse boekhandels. Zij komt op zondag 11 februari 2017 om 14.00 uur bij Boekhandel Broese in Utrecht. Aanmelding is verstandig. De toegang is gratis. Zie de website van Uitgeverij de Geus.

Uitgeverij         de Geus. 2015
Pagina’s           638
ISBN                 978 9044 534 825

Recensie door Hannah Kuipers, januari 2017




Elisabeth Leijnse wint – volkomen terecht – de Libris Geschiedenis Prijs 2016.

Cécile en Elsa, strijdbare freules - Elisabeth LeijnseElisabeth Leijnse heeft – volkomen terecht – met de dubbelbiografie Cecile en Elsa, strijdbare freules de Libris Geschiedenis Prijs 2016.

Het boek bevat 670 pagina’s waarvan 140 bladzijden met lijsten van archieven en getuigen, met de verantwoording, dankwoorden en noten. Ondanks de gigantische hoeveelheid informatie is deze dubbelbiografie een verrukkelijk leesbaar boek over de levens van twee uitzonderlijke vrouwen, en tegelijk over de historische tijd waarin ze leefden en participeerden in maatschappelijke stromingen. Het is de tijd van de opkomst van het socialisme, het feminisme, van de Eerste Wereldoorlog, het Interbellum en de Tweede Wereldoorlog. Een schitterende cultuurgeschiedenis. De freules de Jong van Beek en Donk en hun moeder hielden dagboeken bij, waardoor hun levens ook op het niveau van hun ideeën, gevoelens en verlangens op de voet te volgen zijn. De relatie tussen de zusters Cecile en Elsa zijn nu eens symbiotisch, dan weer zeer afstandelijk, soms bitter. Ze schrijven naar elkaar en over elkaar. Cecile trouwde een man met geld en schreef een feministische roman Hilde van Suylenburg (1897). Elsa was een verdienstelijke pianiste; zij trouwde met Alphons Diepenbrock, de componist.

Biografe Elisabeth Leijnse, van harte gefeliciteerd!

Elisabeth Leijnse is hoogleraar Letterkunde aan de Universiteit van Namen. Eerder ( op 10 mei 2016 te Haarlem) won zij met deze dubbelbiografie al de Erik Hazelhoff Biografieprijs.

Binnenkort op onze website een uitgebreide recensie.

(met dank aan Hannah Kuipers)




December (opening)nieuws

Beste leensters en andere belangstellenden,

De laatste maanden van het jaar zijn, zo lijkt het, een uitgelezen mogelijkheid om verschillende biografieën uit te geven.

De eerste die daarbij opvalt is die over criminologe en schrijfster Catharina Irma Dessaur (1931-2002), Andreas Burnier, metselaar van de wereld. Elisabeth Lockhorn, gerenomeerd interviewster van Vrij Nederland en Opzij, heeft er zeven jaar Elisabeth Lockhorn - Andreas Burnieraan gewerkt. Andreas Burnier was oudste kind in een liberaal Joods gezin.Tijdens de oorlog moest ze haar Joodse identiteit verbergen en heeft ze drie jaar lang ondergedoken gezeten. Deze ervaring blijkt achteraf heel haar verdere leven beïnvloed te hebben. Ze was enerzijds angstig, maar tegelijkertijd tegendraads en fel in haar geschriften over allerlei onderwerpen, vóór de emancipatie van vrouwen en (vrouwelijke) homoseksualiteit en tegen mannenhaat, abortus en euthanasie. Lange tijd heeft ze niets willen weten van het religieuze jodendom en haar levensvisie (“Het aardse leven is een soort school”) heeft ze mede gevormd tijdens haar zoektocht langs de anthroposofie, en later het hindoeïsme en boeddhisme. Aan het einde van haar leven, na haar emeritaat als hoogleraar criminologie in Nijmegen, keert ze, na een tocht naar Dachau en de begrafenis van schrijver Abel Herzberg met al zijn joodse rituelen, terug naar het jodendom en begint Hebreeuws te leren. In haar laatste roman De wereld is van glas (1997), die veel autobiografische fragmenten bevat, staat dit thema centraal. In Jongensuur (1969) heeft Andreas Burnier haar ervaringen als onderduikkind verwerkt. Ik ben erg benieuwd naar de biografie over deze bijzondere vrouw, die bovenal Mensch was.
Deze maand is ook Ruiter in de wolken verschenen. ruiter in de wolken- Andreas BurnierHet bevat een selectie van essays en artikelen die Andreas Burnier schreef tijdens haar verkenning van de Joodse literatuur vanaf de oudheid tot nu. Ze zet met geheel eigen stem en stijl haar ideeën uiteen over o.a. de Joodse ethiek, de relatie tussen jodendom en christendom, Joodse mystiek, leven en dood, en het verleden dat nooit voorbij was.
Interview met de biografe bij VPRO boeken: http://www.vpro.nl/boeken/programmas/boeken/2015/8-november.html
Interview met Andreas Burnier: http://www.dbnl.org/tekst/rogg003bero02_01/rogg003bero02_01_0004.php

Cécile en Elsa, strijdbare freules is een dubbelbiografie over twee dochters uit het Unknownprogressieve aristocratische gezin De Jong van Beek en Donk, krachtige vrouwen die ten onrechte in de schaduw bleven van de Nederlandse geschiedenis. De een was een succesvol schrijfster (van o.a. de succesvolle emancipatieroman Hilda van Suylenburg-zie onze catalogus) en landelijk bekend feministe, de ander was logopediste en getrouwd met componist Alphons Diepenbrock. Een eeuw geleden waren ze heel bekend en maakten ze deel uit van het literaire, muzikale en intellectuele leven in Nederland en Frankrijk. In hun jeugd waren de zussen innig verbonden, maar in hun volwassen leven maakten ze elkaar bittere verwijten over hun keuzes. De Vlaamse hoogleraar Letterkunde Elisabeth Leijnse schreef de dubbelbiografie n.a.v tot dusver onbekende dagboeken en brieven en weet verrassende perspectieven te bieden op de decennia eind 19e/begin 20e eeuw.

Annejet van der Zijl schreef eerder over prins Bernhard en nu over zijn suikertante Allene Tew (1872-1955), in De Amerikaanse prinses. Die groeide op in een Noord-Amerikaanse stalhouderij en werd een van de rijkste vrouwen van New
De Amerikaanse prinses - Annejet van der ZijlYork, de ‘American dream’ bij uitstek. Maar zo zag haar persoonlijk leven er niet uit. Ze trouwt vijf keer, waarvan slechts een gelukkig huwelijk (het 3e), de andere echtgenoten bleken drankorgels en gokverslaafden, en overlijden deels vroegtijdig. Haar drie kinderen verliest ze eveneens vroegtijdig. Na de dood van haar grote liefde neemt ze een radicale beslissing, neemt in 1926 de boot naar Europa/Parijs en vlucht naar een nieuw leven. Daar leent zij als gravin von Kotzebue haar vroegere buurjongen Bernhard een auto en geld om te gaan skiën in Zuid Duitsland, waar hij prinses Juliana ontmoet. Ze begeleidt hem bij de onderhandelingen over een huwelijksovereenkomst en tijdens de huwelijksreis onderging Juliana dankzij de gravin een metamorfose van prinses uit de polder naar een mevrouw van de wereld. Uiteindelijk wordt ze ook een van de peetouders van prinses Beatrix. Naast de persoonlijke achtbaan en het devies ‘Houd altijd moed’ komen ook de hoogte- en dieptepunten van de geschiedenis van de eerste helft van de 20e eeuw aan de orde.

 Madonnakindje. Over het leven van Catharina van Rennes 1858-1940 - Marjan Berk Madonnakindje. Over het leven van Catharina van Rennes 1858-1940, geschreven door Marjan Berk, verwijst naar een kinderliedje en de componiste ervan, dezelfde als die van Drie kleine kleutertjes. Catharina van Rennes was een vrijgevochten dame die opmerkelijke dingen deed voor een vrouw in de jaren rond 1900. Ze maakte carrière als zangeres, stichtte als zangpedagoge haar eigen zangschool voor kinderen ‘Bel Canto’ en ontwikkelde een eigen onderwijsmethode gericht op zelfredzaamheid en creativiteit. Tot haar leerlingen behoorde ook prinses Juliana en Jo Vincent. Daarnaast stond ze als dirigente voor het Amsterdams Concertgebouworkest.

Onlangs uitgebrachte titels:
– Na de sterren is een bloemlezing met verhalen Na de sterren - Marga Mincovan Marga Minco. De titel verwijst (waarschijnlijk) naar eerdere bloemlezingen door van Oorschot uitgegeven van Simon Carmiggelt en Annie MG Schmidt. Voor deze bundel koos de inmiddels 95-jarige schrijfster haar beste verhalen, kinderverhalen en de aangrijpende novelle Een leeg huis, dat zoals veel van haar werk gaat over de periode vlak na de 2e wereldoorlog, dit keer over een schurende vriendschap tussen 2 vrouwen die na onderduiken en kampervaring naar huis terugkeren en elkaar onderweg ontmoeten. Deze speciale uitgave, met één niet eerder verschenen verhaal, geeft een goede kijk op de indringende vertelkracht van Marga Minco.
Jeanette Winterson noemt haar nieuwe roman Het gat in de tijd een coverversie van  Jeanette Winterson - Het gat in de tijdShakespeares A winter’s tale. Enerzijds zit er veel in van het oorspronkelijke toneelstuk, de indeling in akten zijn ook gehandhaafd. Anderzijds is het een heel Jeanette Winterson eigen en eigentijdse geschiedenis geworden over verraad, paranoia, verlossing en hoop. Het verhaal gaat over een vondelinge die niet weet wie haar biologische ouders zijn, net als bij de Britse schrijfster zelf, en die verliefd wordt. Het gaat ook over tijd en geheugen, de titel van het boek is eveneens de titel van een videospel, ontworpen door een van de hoofdpersonen.
– Honolulu King van Anne-Gine Goemans is een op ware Anne Gine Goemans-Honolulu Kingfeiten geïnspireerd verhaal over een Indische man die een toko runt in Haarlem. Hij vertelt in zijn toelatingsrede bij de vrijmetselarij een schokkend verhaal over de moorden die hij uit wraak net na de oorlog in Indonesië heeft gepleegd. De logebroeders worden voor een dilemma gesteld. Moeten ze hun geheimhoudingsplicht bewaren of naar de politie gaan? Het verhaal over de vrijmetselaarsloge die de moorden verzweeg heeft de voorpagina’s gehaald. Het boek is in de pers enthousiast onthaald.
Kunststofinterview met AnneGine Goemans: http://www.npo.nl/kunststof-anne-gine-goemans-schrijfster/06-10-2015/RBX_NTR_700939/RBX_NTR_1803706
Underdog - Elfie Tromp– Underdog is na Goeroe het 2e boek van Elfie Tromp en wordt aangekondigd als een “tragikomische man die puntgaaf het grootste taboe van deze tijd beschrijft: mislukken”. Een excentrieke jongen verslaafd aan het computerspel World of Warcraft en zijn ambitieuze zus proberen de hondenkennel en fokkerij van hun familie te redden. Ze moeten daarvoor naar de outback van Australië. Het wordt een reis vol hindernissen, penibele situaties en onverwachte confrontaties die hen veel dichter bij elkaar brengt dan ze voor mogelijk hielden.
– Triomf van Marlene van Niekerk is opnieuw uitgegeven.Triomf - Marlene van Niekerk Of er een speciale aanleiding is, weet ik niet. Wel weet ik dat haar latere Agaat een verschrikkelijk mooie roman is over een blanke Zuid-Afrikaanse met de ziekte ALS, die verpleegd wordt door haar zwarte huishoudster. Triomf is haar doorbraakroman uit 1994, waar ze eental prijzen mee won. Het gaat over een arm gezin van racistische blanke Afrikaners in een arme wijk van Johannesburg, aan de vooravond van de eerste democratische verkiezingen in het land. Ze blijven nauwelijks overeind in een wereld vol geweld.
Even leek alles normaal - Mila van Oosten – In haar autobiografische debuut Even leek alles normaal vertelt Mila van Oosten (pseudoniem) hoe ze zich door het leven danst, drinkt, twijfelt, liefheeft en zichzelf probeert te accepteren zoals ze is. Aan de buitenkant lijkt het plaatje van haar leven perfect, maar ondertussen probeert Mila al jaren om te gaan met de hel in haar hoofd, met haar depressie. Ze weet een luchtig, vlot geschreven verhaal neer te zetten, met alle hoogte- en dieptepunten, en geeft daarmee een duidelijk inzicht in de kijk op het leven door de ogen van iemand met een depressie.
– In Winter in Gloster Huis van Vonne van der MeerWinter in Gloster Huis - Vonne van der Meer zit de koning ruim 10 jaar op de troon, is de zorg overgenomen door robots en is de Klaar-met-leven-wet aangenomen. Dit laatste wordt een strijdpunt tussen twee broers die van hun vader een miljoenenerfenis hebben ontvangen met de opdracht er iets goeds mee te doen. De oudste begint een hotel aan een meer waar je waardig en met zorg omringd kunt sterven, en de ander bouwt aan de overkant Gloster Huis voor hen die aan hun doodswens gaan twijfelen. Dat klinkt naar een heel actueel morele vraagstelling en volgens diverse kritieken is het goed beschreven.
Dichter, bokser, koningsdochter - Delphine Lecompte– Dichter, bokser, koningsdochter is van de Vlaamse Delphine Lecompte. Haar gedichten zien er wat anders uit dan de meeste poëzie. In deze 6e bundel keren dezelfde soort zonderlinge figuren uit eerder werk terug en ook de vrouwelijke hoofdpersoon moet zich nog steeds staande houden in een waanzinnige en wrede wereld, worstelend met zichzelf en haar verleden, familieverhoudingen en seks. Toch klinkt in de toon wat meer verzoening met de situatie en is er meer diepgang. Kenmerkend zijn de kort afgemeten zinnen, waarbij vrijwel na iedere zin een scherpe bocht en een onverwachte wending volgt.

Activiteiten in Utrecht en daarbuiten
– Dit weekend (Amsterdam Art weekend) is in het Stedelijk Museum Amsterdam een overzichtstentoonstelling geopend van de Duitse kunstenaresimages Isa Genzken (1948), Mach Dich hubsch!. Isa Genzken wordt beschouwd als een van de invloedrijkste kunstenaars van de afgelopen 40 jaar. Ze is in haar werken bereid om steeds weer alles op het spel te zetten om tot nieuw werk te komen. De beeldhouwkunst is haar basis, maar door voortdurende artistieke vernieuwing en vrij gebruik van media komt ze tot allerlei andere vormen en materialen: sculpturen, installaties, films, video’s, schilderijen, collages, foto’s. Mach Dich hübsch! is een uitgebreid overzicht van 40 jaar eigenzinnig werk tot nu toe, vol met autobiografische elementen en subtiele maatschappelijke commentaren, rond onderwerpen als moderniteit, lichaam, (zelf)portret, seksuele identiteit, architectuur en grootstedelijke cultuur.
Meer info: http://www.stedelijk.nl/tentoonstellingen/isa-genzken
– Op 4 december speelt Trudy de Jong in de Utrechtse Stadsschouwburg de theatermonoloog
UnknownCoco Chanel,  over de vrouw die voorgoed het modebeeld veranderde. In de jaren 20 van de vorige eeuw groeide de Française uit tot de koningin van de mode. Rijk, beroemd en eenzaam eindigde het leven van deze spraakmakende en eigenzinnige vrouw. Volgens veel kritieken heeft Trudy de Jong in een glansrol een erg mooi portret neergezet.
Meer info: https://www.stadsschouwburg-utrecht.nl/programma/?maand=2015-12#modal=/programma/4934/Trudy_de_Jong/Coco_Chanel/
– De Vrije Academie organiseert in december in UtrechtMuzen en mecenassen en Amsterdam een studiedag Muzen en mecenassen over vrouwen die de drijvende kracht waren voor nieuwe stromingen in de kunst en die (jonge) kunstenaars inspireerden. Ze zorgden voor de smaak in en buiten de mode, waren modellen, muzen en geliefden, en regelmatig waren ze zelf ook actief in muziek of beeldende kunst. Een aantal veel betekenende vrouwen zullen de revue passeren.
Meer info: https://www.vrijeacademie.nl/5407/uitgebreid-zoeken/studiedag-muzen-en-mecenassen/
– Zondagmiddag 13 december treedt gitariste en theatermaakster Dorine Wiersma op in de Centrale Bibliotheek en zal haar beste liedjes zingen. Haar teksten gaan over foute mannen, rare vrouwen, valse dieren en nog meer, en worden ‘taalrijk, vilein, wraakzuchtig en toch hoopgevend genoemd. De toegang is gratis.
– In december komen ook een aantal heel verschillende zangeressen naar TivoliVredenburg. Eerst img6485.755x455op de 6e de 32-jarige Zwitserse excentrieke singer-songwriter Sophie Hunger met waarschijnlijk een intensief programma, dan op de 10e de veelzijdige Nederlandse Janne Schra, vooral bekend van haar swingende jazzpopmuzoek, op de 12e de Nederlandse Sabrina Starke met spatzuiver gezongen soepel swingende soul (al uitverkocht?), en op de 24e brengen de drie Nederlandse dames van Liptease met een complete big band hun meerstemmig gezongen fifties-rock-and-roll kerstprogramma. Pianiste Anna Fedorova speelt op de 26e ’s middags een heel solo Chopin-programma.
Meer info: https://www.tivolivredenburg.nl/nl/agenda

Bibliotheek-nieuws
In de komende uitgave van de Oostkrant, bedoeld voor de wijken in Utrecht-Oost, zal een item verschijnen over de vrouwenbibliotheek. Oud gender-studente Lauria Koekenbier heeft het geschreven. Voor haar een primeur, voor ons een leuke gelegenheid om de bibliotheek aan een breder publiek in de omgeving te presenteren.
Het catalogiseren op de vrijdag wordt nog steeds vervolgd. Dat betekent dat de bibliotheek voorlopig regelmatig op vrijdagmiddag open zal zijn. Voor de meest recente informatie hierover de kalender op onze website: http://vrouwenbibliotheek.nl/kalender/

Nieuwe boeken in de bibliotheek                                              
Andreas Burnier, metselaar van de wereld van Elisabeth Lockhorn, De lottowinnaar van Sakoentela Hoebba, Leven tot elke prijs van Kristina Sandberg, Lolita lezen in Teheran van Azar Nafisi

Nieuwe recensies van deze maand als link bijgevoegd  
http://vrouwenbibliotheek.nl/2015/11/05/de-verzegelde-brief-door-emma-donoghue/
http://vrouwenbibliotheek.nl/2015/11/17/briefroman-door-juli-zeh/
http://vrouwenbibliotheek.nl/2015/11/25/landgoed-longbourn-door-jo-baker/
http://vrouwenbibliotheek.nl/2015/11/30/wachtkamers-van-saskia-stehouwers/

De leenbijdrage voor 2016 is opnieuw vastgesteld op € 25,-. Je kunt hiervoor onbeperkt boeken lenen en/of vriendin/vriend van de bibliotheek zijn. Iedereen die boeken leent en/of wil gaan lenen wordt vriendelijk verzocht dit bedrag over te maken op banknummer NL71 INGB 0009 2669 95 ten name van Stichting Es Scent ovv naam en ‘leenbijdrage 2016‘. Eenmalig een boek lenen kan ook. De bijdrage hiervoor is € 1,- per boek. Vanaf juli betaal je voor de rest van het jaar € 12,50.

Op www.vrouwenbibliotheek.nl is meer informatie over de bibliotheek te vinden, de nieuwsbrief is ook te lezen via onze website.
Naast de aangekondigde openingstijden blijft het altijd mogelijk om op afspraak een bezoek te brengen aan de bibliotheek.
U bent van harte welkom.

Marjolein Datema                Utrecht,  29 november 2015