November nieuwsbrief
Beste leensters, leners en andere belangstellenden,
De laatste tijd is er steeds meer aandacht gekomen voor de correspondentie die vrouwen voerden in de afgelopen eeuwen. Brieven van allerlei in vroeger tijd geletterde vrouwen duiken op in de diverse archieven. Ze zullen er altijd al in gezeten hebben, maar er werd niet zo naar gekeken of gezocht. Eerder heb ik al eens geschreven over de brieven van Belle van Zuylen. In 2019 is een begin gemaakt met het publiceren van 199 van de 2600 brieven die van haar bekend zijn (https://charriere.huygens.knaw.nl/). Ze zijn beschikbaar in het Frans, en gaandeweg zullen ook Nederlandse vertalingen worden toegevoegd.
Op 23 november organiseert het Huygens Instituut voor Nederlandse Geschiedenis samen met anderen een symposium over De correspondentie van Belle van Zuylen online in het Academiegebouw van Utrecht. Dit jaar is het 250 jaar geleden dat Belle van Zuylen in het huwelijk trad en als Madame de Charrière Utrecht inruilde voor het Zwitserse Colombier bij Neuchâtel: een goede gelegenheid om een nieuw deel van haar gedigitaliseerde correspondentie te lanceren. Het gaat om de brieven die werden verzonden uit Utrecht, en die waarin sprake is van Utrecht, Utrechters, de Maliebaan, boekhandel Spruyt in de Choirstraat, de Utrechtse kermis, en bij uitbreiding ook: van Nederland, Nederlandse cultuur en eigenaardigheden – in totaal 764 brieven.
Belle van Zuylen zal ook ’gelanceerd’ worden in Utrecht Time Machine, een website waarmee men de geschiedenis van Utrecht voor iedereen op locatie levendig wil maken. Daar zal het “Utrechtse verhaal” over Belle van Zuylen zichtbaar gemaakt worden: haar Utrechtse jeugd, haar latere contacten met Utrecht en haar herinneringen aan haar geboortestad.
De schrijfster kwam eerder dit jaar ’in opspraak’ door het onderzoek ‘Slavernij en de stad Utrecht.’ Daarin kwam de koloniale herkomst aan de orde van een groot deel van het familievermogen waar Belle van Zuylen van leefde. Ze zou zich ook niet kritisch genoeg hebben uitgelaten over de slavernij, vond men, al schreef ze er indirect wel over in Drie vrouwen. Haar eigen correspondentie kan wat dat betreft mogelijk meer en waarschijnlijk beter inzicht geven, en een goede bron van informatie zijn voor haar gedachten en ideeën. In haar 2600 brieven lijkt zich goed te realiseren wat er buiten haar directe omgeving aan de hand was, hoe onrechtvaardig dat dikwijls kon zijn, en wees ze rijkdom af. Een andere vraag is of we met de ogen van nu op dezelfde manier kunnen kijken naar het leven in die tijd, waarin men vele malen minder precies op de hoogte was van wat er ver weg gebeurde.
Op het symposium zullen ook andere corresponderende vrouwen aandacht krijgen, evenals de mogelijkheden die dankzij dergelijke online publicaties ontstaan. Ook komen de verschillende aspecten van de correspondentie van Belle van Zuylen aan bod.
Meer info: https://www.huygens.knaw.nl/evenementen/de-correspondentie-van-belle-van-zuylen-online/
De eerste keer dat ik hoorde over brieven van vrouwen betrof dat de briefwisselingen van de Hollandse en Friese Stadhoudersvrouwen (1552-1820). Het waren er ruim 3500 die digitaal gepubliceerd waren (http://resources.huygens.knaw.nl/stadhoudersvrouwen). Ze geven een beeld van de macht die de stadhoudersvrouwen hadden. Onlangs zijn ze aangevuld met brieven van de vier vrouwen die een belangrijke rol speelden in het leven van Willem van Oranje: Anna van Egmond, Anna van Saksen, Charlotte de Bourbon en Louise de Coligny. De digitalisering van de brieven is gepresenteerd bij de opening van de tentoonstelling Historische Vrouwen in museum Prinsenhof in Delft. Aan de hand van portretten en originele brieven worden de bijzondere levensverhalen van deze vrouwen verteld en laat men hun kant van de geschiedenis horen, aangevuld met nieuwe stemmen en bijzondere verhalen van vrouwen uit het Delft van vandaag.
Meer info: https://www.huygens.knaw.nl/correspondence-wives-william-of-orange-online/
https://prinsenhof-delft.nl/ontdek-het-museum/tentoonstellingen/de-delftse-blik-historische-vrouwen
*Leesgroep voor jonge vrouwen
Regelmatig krijg ik mailtjes van (meestal) vrouwen die graag aan de/een leesgroep mee willen doen. Ze zijn meestal 40+.
Nu vindt een van onze jonge recensentes, Lieke Polak, het juist leuk om “een leesgroep te beginnen voor vrouwen (of zoals ze in het Engels zo mooi zeggen: womxn) tussen de 20 en 30, juist omdat leesclubjes vaak wat ouder publiek trekken.” Ze zou dit graag binnen de vrouwenbibliotheek doen. Een mooi eerste boek lijkt haar bijvoorbeeld het nieuwste boek van Sally Rooney, Prachtige wereld waar ben je?, dat het leven van jonge mensen volgt. Iedereen, die belangstelling heeft of mensen weet die er ook zin in hebben, kan contact opnemen met Lieke via info@vrouwenbibliotheek.nl.
Onlangs uitgebrachte titels
– Broed van Jackie Polzin is een intiem en origineel debuut dat het verhaal vertelt van een vrouw (de ik-vertelster), die zich volledig stort op het in leven houden van haar vier kippen terwijl ze terugdenkt aan een tragisch verlies. Ze is een in zichzelf gekeerde vrouw, die ergens op het platteland van Amerika woont, waar het in de winter stervenskoud. Vroeger maakte ze huizen schoon, nu houdt ze kippen. Je volgt haar een jaar lang in haar wel wee met haar kippen. Naarmate het jaar vordert leer je de kleine groep dierbare mensen om haar heen kennen: haar moeder, een voormalige onderwijzeres, die misschien de kippen moet overnemen wegens een aanstaande verhuizing; haar beste vriendin, een makelaar met een eigen alsmaar uitbreidend gezin; en haar verstrooide echtgenoot, wiens manieren om hun miskraam te verwerken ze niet weet te doorgronden. Nauwelijks opgewassen tegen de harde slagen van het bestaan houdt het toom kippen (het Engelse ’brood’ betekent ook ’toom’) de vrouw in leven.
– Annejet van der Zijl schreef het boekenweekgeschenk van 2020, Leon en Juliette. Ze heeft dit verhaal verwerkt in Fortuna’s kinderen, haar nieuwe familiesaga over mensen die hun leven niet lieten begrenzen door risico’s en hun liefdes niet door huidskleur. Het verhaal begint bij avonturier Leon Herckenrath die in 1818 zijn hart verloor aan een jonge slavin en volgt hun oudste dochter en haar Hollandse man tijdens hun avonturen in Californië ten tijde van de Goldrush. En hoe verging het hun nazaten, met hun ongebruikelijke erfenis van enorme weelde en een zwarte voorouder?
– Het eiland van de verdwenen bomen, de nieuwe roman van Elif Shafak, begint in 1974 op Cyprus, waar Kostas, een Grieks-Cyprioot, en Dephne, een Turks-Cypriote, elkaar stiekem ontmoeten in de plaatselijke taverne. De stille getuige van deze gelukkige ontmoetingen is een vijgenboom, die midden in het knusse restaurant staat. Dan breekt de oorlog uit. Kostas wordt naar een oom in Londen gestuurd en Dephne blijft achter. Jaren later keert Kostas, inmiddels botanicus van beroep, terug om haar op te zoeken. Ze houden nog steeds van elkaar en hij overtuigt haar ervan met hem mee naar Londen te gaan. Ze nemen een stek van ‘hun’ vijgenboom mee. Weer later rouwen Kostas en zijn 16-jarige dochter Ada om Dephne’s dood. Ada is vaak droevig en worstelt met haar gevoelens. Ze is als Britse opgevoed, spreekt de respectievelijke talen van haar ouders niet, er zijn geen familieleden in hun leven en haar ouders hebben nooit iets willen vertellen over hun verleden op Cyprus. Op school voelt ze zich een buitenbeentje en in de klas begint ze soms onbedwingbaar te schreeuwen. Na afloop kan ze niet verklaren wat de oorzaak was. Met de vijgenboom als aanknopingspunt gaat ze op zoek naar haar familiegeschiedenis.
– In Shakespeare’s Wife stelde Germaine Greer eerder al dat Shakespeare veel aan zijn vrouw te danken had. In haar roman Gisterland geeft Imme Dros, die mede bekend werd door haar bewerkingen van Homerus en van de Griekse mythen, Shakespeares vrouw zélf het woord. Er is maar weinig bekend over het leven van Shakespeare, en over zijn vrouw Anne Hathaway nog minder. Wat we wel weten is dat hun huwelijk een moetje was en dat er enig leeftijdsverschil was tussen de twee (toen ze trouwden was William 18, Anne 26). Ook staat vast dat William meestal in Londen zat terwijl Anne thuis in Stratford-upon-Avon haar eigen leven leidde en voor de kinderen zorgde. Verder was ze eigenzinnig, leerde op eigen houtje lezen en schrijven en zorgde voor inkomsten zodat hij niet zoveel hoefde te werken en tijd had om te schrijven. Anne en William bespraken samen ideeën voor toneelstukken en zij moedigde hem aan om zijn ambitie na te jagen.
– In de debuutroman van Frouke Arns, De gelijktijdigheid der dingen, steekt de jonge Syrische vluchteling Nizar tijdens een barre winternacht per fiets de grens over tussen Rusland en Noorwegen. Uitgeput en beroofd van geld en documenten belandt hij in de zorgzame handen van een oude Duitse vrouw, Helena, zelf een Heimatvertriebene, die een teruggetrokken leven leidt aan de rafelrand van Europa. Door de komst van Nizar breekt Helena’s eigen verdrongen verleden stukje bij beetje open en moet zij de keuzes die ze in haar leven maakte onder ogen zien. Een oud en nieuw vluchtverhaal worden vervlochten tot een poëtische roman over vluchten en thuiskomen waarin meerdere hoofdpersonen en verhalen door elkaar heen lopen.
– Carmen Laforet was in 1945 net 23 jaar toen ze haar eerste roman Nada uitbracht. Ze verscheen als een komeet aan het Spaanse literaire firmament. De roman gaat over een jonge levenslustige vrouw in Barcelona, in het naoorlogse Spanje van Franco. In de Schwob-serie is nu van haar een roman uit 1955 vertaald en verschenen, waarin ze haar tijd ver vooruit was. Een nieuwe vrouw gaat over de zoektocht van een vrouw die naar vrijheid smacht in een wereld waarin die haar volledig wordt ontzegd. De vrouw besluit haar leven in eigen hand te nemen en zich los te maken van alle mannen van wie ze afhankelijk is. Op haar 30e besluit ze te scheiden van haar man, haar affaire met haar minnaar te verbreken en een nieuw leven te beginnen in Madrid, als alleenstaande moeder met kind. Dankzij haar vastberadenheid en haar spirituele zoektocht slaagt ze erin de vrijheid te vinden die haar in staat stelt ‘een nieuwe vrouw’ te worden.
– In haar autobiografische roman Werelden uit elkaar keert Julia Franck terug naar het beschadigde, verwaarloosde meisje dat ze was in haar jeugd. Vanaf haar geboorte is ze ongewenst en teveel. Julia is acht als ze met haar drie zussen door hun moeder wordt meegenomen van Oost-Berlijn naar West-Duitsland. Het is het hoogtepunt van de Koude Oorlog. Ze komen terecht in een dorp in het noorden. Daar zijn ze Ossies en dus buitenstaanders, wat nog wordt verergerd door de chaotische manier waarop haar moeder het huishouden voert. Als Julia dertien is, is de situatie zo onhoudbaar dat ze naar West-Berlijn vertrekt. Ze gaat er naar school, werkt als babysitter en schoonmaakster. Ze ontmoet er haar vader, voor het eerst, en verliest hem meteen weer. Ze doet eindexamen en leert Stephan kennen, haar grote liefde, en verliest ook hem. Als ze zich dit allemaal durft te herinneren, is het nu.
– Dit soort kleinigheden van Claire Keegan is gebaseerd op de lang verborgen Ierse gruwelgeschiedenis van de door katholieke nonnen gedreven Magdalen-wasserijen. Daar werden tienduizenden ongehuwd zwangere meisjes gevangengezet en tewerkgesteld, terwijl hun baby’s stierven of werden geadopteerd. Kolen- en houthandelaar Bill Furlong ontdekt tegen Kerstmis 1985 dat de fluistergeruchten rond het klooster in New Ross, County Wexford, kloppen, wanneer zo’n meisje hem smekend aanspreekt. Níét mee bemoeien, aldus zijn vrouw Eileen en de heersende algemene opvatting. Maar het blijft aan hem knagen. Zijn eigen moeder werd op haar vijftiende zwanger en het huis uitgegooid, maar kreeg als huishoudster kost en inwoning bij een rijke dame waardoor Bill als kind naar school kon. Zijn in rijk, gedetailleerd proza gevatte innerlijk leven maakt haast evenveel indruk als de historische feiten.
– De roman Engel van Mesopotamië van Brenda Meuleman is gebaseerd op het levensverhaal van de Engelse ontdekkingsreizigster en archeologe Gertrude Bell. De excentrieke en eigenzinnige Helen King studeert begin 20e eeuw met first class honours af aan de universiteit van Oxford. Ze beklimt als een van de eerste vrouwen ooit de hoogste bergtoppen van de Alpen en overleeft de eindeloze woestijnvlaktes in Mesopotamië. Maar niemand weet dat ze gebukt gaat onder een vreselijk jeugdtrauma, waarvan de toedracht altijd geheim is gebleven. Na de Eerste Wereldoorlog strijkt ze neer in Bagdad om als Oriental Secretary het Britse koloniale bestuur van informatie te voorzien. Ondertussen broeit het, zowel in haar hoofd als in een steeds vijandigere omgeving. Zal ze in het reine kunnen komen met haar verleden? Wordt een ontluikende liefde misschien haar redding?
– Duet van Ilse Josepha Lazaroms kregen wij spontaan toegestuurd door uitgeverij Cossee. Op zoek naar informatie over deze debuutroman kom ik heel waarderende reacties tegen, zowel wat betreft inhoud als taalgebruik en schrijfstijl. Het verhaal gaat over een zwangere jonge vrouw die met haar partner op een woonboot in New York woont. Ze zou op een roze wolk moeten zitten, maar de werkelijkheid van het water en hun gammele woonboot met haar bevroren leidingen is grimmiger. Tussen haar en haar partner, een onstuimige violist, groeit daarnaast een onoverbrugbare kloof. Hoe kan ze zich staande houden en een kind opvoeden in een wereld die steeds gewelddadiger en onzekerder lijkt te worden? Om vat te krijgen op de situatie en haar eigen innerlijke demonen zoekt ze haar toevlucht in boeken van Valeria Luiselli en Carmen Maria Machado.
– Plaats van actie in Elfie Tromp’s nieuwe roman Pietá is een havenstad met een verscheurde geschiedenis. Daar staat een beeld van een omstreden generaal. Er zijn mensen die dat beeld weg willen hebben. Er zijn ook mensen die het koste wat kost willen laten staan. Wanneer de gemeente besluit het beeld te verwijderen, vormt die laatste groep er een cordon omheen. En dan, plotseling, klimt een jongen het beeld in en blijft daar hangen, dagenlang. Wie is hij? Wat wil hij? Wanneer komt hij eruit? Terwijl de burgemeester, de media, de moeder en de demonstranten adequaat proberen te reageren op deze vreemde nieuwe ontwikkeling, komen de onderlinge verhoudingen op scherp te staan.
– Met haar tweede roman Ik zing en de berg danst won de Spaanse Irene Solà in 2020 de European Prize for Literature. Als boer en dichter Domenec door een bliksemschicht wordt geveld, blijft zijn vrouw achter met haar schoonvader en haar twee kinderen die half wild opgroeien in de Pyreneeën. Zij raken bevriend met de reuzenzoon Jaume waarmee ze een bondgenootschap sluiten en de bergen beheersen. Het noodlot slaat echter toe en ze worden verdreven naar een wereld van dood en gevangenschap. Na vele jaren gloort er de hoop op een hereniging. Het verhaal is een soort mythische symfonie waarin alles wat leeft en niet leeft in de Pyreneeën meezingt.
– In Het Personeel van de Deense Olga Ravn staat de vraag centraal: wat betekent het om te leven? En wat maakt een mens een mens? Het verhaal speelt zich af in de toekomst aan boord van een ruimteschip dat heel ver van de Aarde is verwijderd. Het personeel aan boord is een mix van mensen en mensachtigen. Ze werken, maar wat ze precies doen is onduidelijk. In getuigenverklaringen vertellen ze over hun werkzaamheden en wat hen bezighoudt. Er zijn alledaagse werkvloerperikelen, maar gaandeweg begint het steeds meer te wringen tussen de mensen en de mensachtigen. En er zijn ook nog vreemde objecten die zich aan boord van het schip bevinden en een mysterieuze aantrekkingskracht uitoefenen op het personeel. Langzaam maar zeker begint het personeel hun werk in een nieuw licht te zien. Hun verklaringen zijn angstaanjagend, ontroerend en grappig en de werknemers bevragen hun eigen menselijkheid.
Poëzie
– Annemarie Estor tekende en schreef een protestlied, een aanklacht, in de vorm van 21 gedichten en 22 eigen kleurenillustraties, Onster Target. Het is een waarschuwing tegen de bureaucratisering en de allesbepalende drang tot economische groei. De mens is zo langzamerhand een slaaf geworden van doelmatigheidsdenken, vindt ze. Ze schrijft ‘boosaardige sprookjes die verdacht goed lijken op de wereld waarin we leven’, schrijft een Vlaamse recensent. Opgejaagd door iets monsterlijks vlucht de mens het landschap in. Maar net als hij wordt dat landschap bedreigd. Of is hij zelf het monster? De eigengereide dichteres ’bespreekt’ in haar gedichten vaak actuele thema’s, zoals eerder in Niemandslandnacht genetische manipulatie en extreme controlemechanismen.
– Oneindige zin is de nieuwe dichtbundel van Rozalie Hirs. Uitgever Querido schrijft erover: “Van de verbeelding en de droom naar het huis, de tuin, de stad, het bos, het wijde web, het heelal: in oneindige zin reist Rozalie Hirs langs de vloeiende taal van binnenwerelden die overloopt in buitenwerelden. Door naar ultieme mogelijkheden te tasten, brengt Hirs een liefdesverklaring aan de taal. Samen met de cyclische natuur van dag en nacht, seizoenen, getijden en gestalten van de maan viert oneindige zin het leven, zingend, dansend.”
Verhalen
– Suzanne Voets schreef voor haar VWO-profielwerkstuk De toverlantaarn hedendaagse verhalen in de stijl van Hildebrand (pseudoniem van Nicolaas Beets). Ze won er in 2020 de Profielwerkstukprijs Nederlands mee en zegt erover “De Camera Obscura was het eerste 19de-eeuwse Nederlandse boek dat ik las en ik werd zó gegrepen; niet alleen door wat Beets schrijft maar ook door de constructies, de woorden die we niet meer gebruiken, de naamvallen. Er zat een bepaalde schoonheid in die me inspireerde tot een eigen verhaal. Ik vind het zonde dat de taal nu veel minder veelzijdig is. Je kunt je minder genuanceerd uitdrukken en slaagt er minder in om de lezer te laten voelen wat je zelf gevoeld hebt, om die te laten aanschouwen wat je zelf aanschouwd hebt.” Nu is De toverlantaarn als verhalenbundel verschenen. Van de oorspronkelijke inhoud heeft de jonge studente Nederlands de helft geschrapt omdat ze stilistisch niet meer tevreden was, en ook de inhoud werd flink omgegooid.
– Begin dit jaar debuteerde Delphine Lecompte als prozaschrijfster met het opmerkelijke en nietsontziende Beschermvrouwe van de verschoppelingen. De bundel verhalen waren een voortzetting en uitbreiding van haar gedichten. Ze legde er beurtelings zichzelf, haar dierbaren en haar vijanden op de pijnbank en hield feilloos de grootste moraalridders een spiegel voor, die toonde dat hun luide geroep diep wortelt in hypocrisie. Nu komt ze met de opvolger, Beschermvrouwe van de verschoppelingen deel II. In levenslustige verhalen met allerlei eigenaardige types geeft ze opnieuw haar wilde meningen en vertelt ze ook over haar eigen markante leven. Weer spaart ze noch zichzelf, haar dierbaren, noch haar vijanden, en schrijft ze hilarisch.
– De Oostenrijkse schrijfster Ingeborg Bachmann (1926-1973) schreef twee dichtbundels, die in 1953 en 1956 haar roem vestigden. In 1961 verscheen haar verhalenbundel Het dertigste jaar, waarna het lange tijd stil bleef tot in 1971 de befaamde roman Malina verscheen, kort daarop gevolgd door haar tweede verhalenbundel en laatste publicatie Simultaan. De Schwob-uitgave Verzamelde verhalen bevat Het dertigste jaar, met de nadruk op het intellect, en de na een ernstige crisis gepubliceerde bundel Simultaan, met de nadruk op gevoel en liefde. Daarnaast is de nooit eerder vertaalde vroege bundel Het veer opgenomen met een grote variatie aan onderwerpen. De verhalen laten mensen zien op het kruispunt van hun bestaan, vóór er ingrijpende beslissingen worden genomen.
– Over de debuut-verhalenbundel Zonder ons is er geen muziek van Lotte Dondorp staat in de recensie op allesoverboekenenschrijvers.nl “Van elk verhaal dat Lotte Dondorp geschreven heeft, had ik graag een hele roman willen lezen. De verhalen triggeren en je wilt er meer van. Ze gaan ergens over. Over oprechte gevoelens; onderdrukte gevoelens; echte gedachten, die soms niet uitgesproken mogen of kunnen worden. Over twijfel en verlangen, maar altijd neergezet in het decor van het gewone leven. Haar verhalen gaan dus over echte mensen, die soms worstelen en oplossingen zoeken in kleine gebaren. Ze schrijft nooit “te groot” en dat is zeer aangenaam. Haar prettige schrijftrant, die mij erg aanspreekt, zorgt voor een fijne leeservaring. Ik kijk uit naar volgend werk van haar.”
Non-fictie
– De Italiaanse prinses van historica en schrijfster Willemijn van Dijk vertelt het verhaal van het verzwegen, onconventionele leven van prinses Marianne van Oranje-Nassau (1810-1883). Ze was de enige dochter van koning Willem I en trouwt op 18-jarige leeftijd met haar volle neef Albrecht. Ze krijgen 5 kinderen, maar het huwelijk is erg ongelukkig. Ze vlucht en ontpopt zich als vrijzinnig kunstverzamelaar, componiste en reizigster. Als ontdekt wordt dat ze een affaire heeft met haar koetsier en met hem samenleeft, zijn de families aan Nederlandse en Pruisische kant woedend. Na veel omzwervingen betrekt ze met haar nieuwe partner en hun zoontje Villa Celimontana in Rome, die ze omtovert tot een vrijplaats voor Nederlandse kunstenaars en een culturele salon voor de hogere kringen. Later koopt ze een kasteel in Erbach, waar ze een zijvleugel laat verbouwen tot museum voor haar kunstcollectie en sticht er een protestantse kerk.
– In Een betovering in de natuur beschrijft de Schotse schrijfster Alice Tarbuck wat het betekent om een hedendaagse heks te zijn. Waar ‘heks’ voorheen een gevaarlijke – en vaak dodelijke – beschuldiging was, gebruiken mensen de term nu vol trots om zichzelf te definiëren. Terwijl de wereld om ons heen steeds complexer wordt en we geconfronteerd worden met een wereldwijde, ecologische, maatschappelijke en gezondheidscrisis, beleeft hekserij een heropleving. Magie is terug. Alice Tarbuck beschrijft wat zij ‘intersectionele en toegankelijke’ hekserij noemt – de magie die je ook kunt vinden in een verwilderd stukje berm in de stad; of je nu man of vrouw bent; door de natuur kunt zwerven of je huis niet uit kunt. Maand na maand leidt Alice Tarbuck je door alledaagse magie voor buitengewone tijden. Hedendaagse heksen zijn feministisch, onafhankelijk, geïnteresseerd in selfcare en in zorgen voor de aarde.
Activiteiten in Utrecht en daarbuiten:
– Vrouwen schrijven geschiedenis is een initiatief van vijf schrijvers van verschillende uitgeverijen: Lianne Damen , Dido Michielsen, Machteld Siegmann, Brigitte de Swart, Lisa Weeda. Rondom of tijdens de coronacrisis publiceerden zij hun eerste historische roman. Vanaf dit najaar treden zij gezamenlijk op, met de historische roman als kloppend hart. Op 24 november zal Grietje Braaksma van boekhandel Broese de schrijfsters interviewen in bibliotheek Neude in Utrecht. Wat is hun persoonlijke fascinatie met het tijdperk uit hun romans? Waarom kozen zij voor fictie? In hoeverre is hun werk vergelijkbaar en wat valt eruit mee te nemen naar het heden? Natuurlijk is er de mogelijkheid om de schrijvers persoonlijk vragen te stellen. Historische romans zijn een bloeiend en geliefd genre. Marita Mathijsen, emeritus hoogleraar Nederlandse Letterkunde, noemde ze ooit ‘een middel om het heden te begrijpen en te analyseren’.
Meer info: https://www.bibliotheekutrecht.nl/agenda/volwassenen/alle-activiteiten-volwassenen/vrouwen-schrijven-geschiedenis-241121.html
– Marinda en Mawuena zijn vorig jaar het initiatief gestart Fellow Feminists, met de bedoeling om mensen samen te brengen en met anderen te praten over feminisme. Niet alleen erover lezen of luisteren, of in je eigen bubbel blijven, maar een echt gesprek voeren en leren van anderen. De laatste maanden houden ze regelmatig avonden in de nieuwe bibliotheek in Utrecht (Neude). De eerstvolgende avond, op 4 november, staat in het teken van feminisme door de tijd. Betekent feminisme iets anders voor mensen uit verschillende generaties? Blijf je voor altijd feminist? En zijn zaken die eerder relevant waren nu nog steeds prioriteit? Aan de hand van stellingen kunnen deelnemers daarover in gesprek. Hun suggestie is om iemand van een andere generatie uit te nodigen en samen te komen, maar in je eentje of met iemand van je eigen generatie ben je net zo welkom.
Meer info: https://www.bibliotheekutrecht.nl/agenda/volwassenen/alle-activiteiten-volwassenen/fellowfeminists-041121.html
– De tentoonstelling in de Rotterdamse kunsthal Drummies, van fotografe Alice Mann, laat het verhaal zien van trotse en zelfverzekerde jonge sportvrouwen in Zuid-Afrika. De gelijknamige subcultuur van drummajorettes is in de jaren 1970 voor het eerst tijdens parades in het straatbeeld van Kaapstad te zien. Begin jaren tachtig beleeft de sport haar hoogtepunt, daarna neemt de populariteit sterk af. Tegenwoordig hangt er een zweem van nostalgie over de sport, die nog steeds beoefend wordt binnen competitieve clubs en schoolteams. In haar veelvuldig bekroonde fotoserie, waar zij sinds 2017 aan werkt, legt Mann het gemeenschapsgevoel en de ‘sisterhood’ vast en brengt ze de individuele persoonlijkheden van de jonge atletes in beeld. Nog te zien t/m 23 januari. De sport brengt meisjes en jonge vrouwen met verschillende achtergronden samen. Voor de vrouwen, met name degenen uit gemarginaliseerde gemeenschappen, biedt de sport een veilige plek waar ze kunnen ontsnappen aan de dagelijkse realiteit.
Meer info: https://www.kunsthal.nl/nl/plan-je-bezoek/tentoonstellingen/drummies/
– In museum de Fundatie is t/m 6 februari de tentoonstelling Let’s get political te zien, van Joyce Overheul. Haar werk gaat over ongelijkheid, seksisme, feminisme, machtsverhoudingen en emancipatie. Ondanks haar activistische instelling werkt ze in zachte kleuren, textiel en kralen. Dat is een bewuste keuze: handwerk en textielbewerking zijn eeuwenlang afgedaan als vrouwenhobby, een minderwaardig ambacht binnen de rest van de ‘hoge kunsten’. Het gebruik van textiel, of het handwerken ziet ze dan ook als een daad van verzet tegen de historische ongelijke man-vrouw verhoudingen en de hedendaagse vrouwenhaat. Haar werk is een oproep aan het individu om zich uit te spreken, om conventies en onderdrukking van zich af te schudden. Let’s get political gaat voor Joyce Overheul niet per se om het bekennen van kleur, maar bovenal om wakkere, strijdbare mensen die de heersende macht kritisch bevragen en ondermijnen.
Meer info: https://www.museumdefundatie.nl/nl/joyce-overheul/
Bibliotheeknieuws:
– In november zal de bibliotheek weer gewoon open zijn op de aangegeven tijden. Iedereen die wil komen rondkijken en/of boeken lenen en terugbrengen is van harte welkom.
– Een van onze recensentes vindt het juist leuk om “een leesgroep te beginnen voor vrouwen tussen de 20 en 30, juist omdat leesclubjes vaak wat ouder publiek trekken.
Zie onder het kopje Leesgroep voor jonge vrouwen meer naar boven in de nieuwsbrief
Nieuwe boeken in de bibliotheek
Beschermvrouwe van de verschoppelingen van Delphine Lecompte, Matrix van Lauren Grof, Weg uit de armoede van Truus Rozemond, Verzonken stad van Marta Barone, De kracht van breien van Loretta Napoleoni, De waarheid over Eva van Carel van Schaik en Kai Michel
Nieuwe recensies van deze maand als link bijgevoegd:
https://vrouwenbibliotheek.nl/2021/10/02/omdat-de-muze-door-brigitte-de-swart/
https://vrouwenbibliotheek.nl/2021/10/05/lentetuin-door-tomoka-shibasaki/
https://vrouwenbibliotheek.nl/2021/10/10/de-eerste-vrouw-door-jennifer-nansubuga-makumbi/
De leenbijdrage voor 2021 is opnieuw vastgesteld op € 26,-. Je kunt hiervoor onbeperkt boeken lenen en/of vriendin/vriend van de bibliotheek zijn. Vanaf oktober geldt € 10,- voor de rest van het jaar. Iedereen die boeken leent en/of wil gaan lenen wordt vriendelijk verzocht dit bedrag over te maken.
We hebben een nieuw banknummer NL18 RABO 0366 0430 05 ten name van Stichting Es Scent ovv naam en ‘leenbijdrage 2021’. Meer overmaken om de vrouwenbibliotheek extra te ondersteunen mag natuurlijk altijd. Eenmalig een boek lenen kan ook. De bijdrage hiervoor is € 1,- per boek, met een startbedrag van € 5,- per kalenderjaar.
Op www.vrouwenbibliotheek.nl is meer informatie over de bibliotheek te vinden en veel recensies, de nieuwsbrief is ook te lezen via onze website.
Marjolein Datema Utrecht, 1 november 2021