Jessica Stern is een belangrijke onderzoeker op het gebied van terrorisme en (de)radicalisatie. Zij werkt aan de prestigieuze Havard Universiteit en heeft o.a. het veelgeprezen Terror in the Name of God geschreven. Een belangrijke dame dus. Ook een vrouw, die wanneer zij voor haar onderzoek oog in oog stond met terroristen in Pakistan en elders, groot voordeel had van haar vermogen om geen angst te voelen in gevaarlijke situaties. Een vermogen dat ze had opgebouwd door een opeenstapeling van trauma’s gedurende haar leven.
Het centrale onderwerp van Ontkenning is het onderzoek naar de omstandigheden bij haar verkrachting toen zij en haar zus 15 en 14 jaar waren. Zij gaat op zoek naar de identiteit van haar verkrachter en waarom hij tot zijn daad kwam. Ook onderzoekt zij hoe haar opmerkelijke koelte bij de verkrachting een rol speelde en hoe deze koelte al een teken van trauma was vóórdat ze een posttraumatische stressstoornis ontwikkelde.
Met als vertrekpunt het verhaal van haar eigen verkrachting bestrijkt zij het bredere onderwerp van traumatische ervaringen en de gevolgen ervan. Zij gaat in op de Jodenvervolging: haar vader is getraumatiseerd door zijn ervaringen als Joods jongetje in Duitsland. Bij Jessica is er ook sprake van een tweede generatie-problematiek. Zij gaat in op het effect van de ontkenning van verkrachting op de slachtoffers en op de samenleving – een voorbeeld is de misbruik door katholieke geestelijken in de kleine samenleving waarin haar verkrachter opgroeide. In het verlengde hiervan gaat zij uitgebreid in op hoe slachtoffers daders kunnen worden.
Uiteraard vertelt zij ook over hoe PTSS er uitziet, hoe het bij haar zich uit in koelbloedigheid, onvermogen tot liefhebben (al vind ik dat er veel liefde opstijgt uit de pagina’s) en hoe zij dissocieert als het trauma te dichtbij komt. Zij vertelt over haar therapie, hoe zij voor een deel haar PTSS verwerkt. Vaak lees je verhalen, waar dat een en al hosanna is. De patiënt sluit een vreselijke periode af, herstelt volledig en is een ander, beter mens. Wat mij aanstaat aan Sterns verhaal, is dat zij het niet zo zwart/wit stelt. Zij heeft ook oog voor de positieve kanten van haar PTSS – haar koelbloedigheid is in veel situaties juist een voordeel. Het beter worden is niet alléén winst. En zij vertelt dat ze nog steeds een weg te gaan heeft – waarna ze hoopt dat ze beter wordt in het liefhebben van mensen.
Jessica Stern vertelt haar verhaal met twee stemmen: enerzijds is zij de observator, die feiten weergeeft en citeert uit rapporten, die autoriteiten op het gebied van psychotrauma aanhaalt. Anderzijds is ze de reflecterende en subjectieve verteller. Die persoonlijke stem staat mij het meeste aan. Het is al prettig dat zij vaak een ongebruikelijke verteltechniek hanteert, als zij het verhaal over de verkrachting en haar onderzoek aanvult met de reflectie over het vertellen zelf en de situatie waarin zij vertelt – bijvoorbeeld als zij misselijk wordt tijdens het opschrijven van bepaalde gebeurtenissen. Maar juist dat zij zichzelf zo nadrukkelijk aanbrengt als verteller is aantrekkelijk. Als zij zichzelf voorstelt met al haar subjectiviteit en mogelijk falen waar het herinneringen betreft, zonder zichzelf erg te sparen, is ze heel zelfreflexief. In die zelfreflectie zit een grote mate van nuance en sensitiviteit – erg prettig om te lezen.
Soms is Ontkenning heel ontroerend. Als lezer hunker je na alle geweld en ongeluk naar momenten van onderling begrip en solidariteit – van tot elkaar komen. Gelukkig zijn die momenten er ook: tussen Jessica en haar gespreks- en lotgenoten, maar ook tussen Jessica en de lezer. Jessica Stern wil andere getraumatiseerden helpen, als lezer merk je dat.
Jessica Stern heeft een eigen website: http://jessicasternbooks.com/
Uitgeverij Nieuw Amsterdam, 2010
Pagina’s 319
ISBN 978 9046 808 962
Recensie door Jonna, 17 mei 2013